In onderzoeken is overtuigend aangetoond dat het eten van veel verzadigd vet het 'slechte' LDL-cholesterol in het bloed verhoogt. Een te hoog cholesterolgehalte kan de kans op hart- en vaatziekten vergroten.
Verzadigd vet vergroot de kans op hart- en vaatziekten. Verzadigd vet kan namelijk het 'slechte' LDL-cholesterol in je bloed laten stijgen en daardoor kunnen je bloedvaten langzaam verstopt raken.
Veel verzadigd vet in je voeding verhoogt je cholesterol. Dit verhoogt het risico op hart- en vaatziekten. Onverzadigd vet zorgt ervoor dat je lichaam cholesterol beter afvoert. Vervang daarom verzadigd vet in je voeding zoveel mogelijk door onverzadigd vet.
Verzadigde vetten kunnen het cholesterolgehalte in ons bloed verhogen en zo mogelijk ook het risico op hart- en vaatziekten. De Hoge Gezondheidsraad raadt aan om niet meer dan 10 E% onder de vorm van verzadigde vetten in te nemen.
Een vetzuur is een lange keten van koolwaterstofverbindingen. Je lichaam heeft vetzuren nodig, elke dag. Deze vetzuren gebruikt het namelijk als bouwstenen voor cellen, hormonen en gal, voor het opnemen van vitamines uit voeding, om je te beschermen tegen de kou en om in energie om te zetten.
Natuurlijk zijn er de vanzelfsprekende vette producten, zoals olie en boter. Ook van vlees en vis weten de meeste mensen wel dat ze vetten bevatten, evenals van volle zuivel. Maar ook bijvoorbeeld eieren, pitten en noten zijn belangrijke bronnen van vet. Daarnaast zitten er ook vetten in veel ongezonde producten.
Is teveel omega 3 schadelijk? De EFSA meldt dat er geen schadelijke gevolgen zijn waargenomen in studies waarbij deelnemers meerdere jaren 2 tot 4 gram omega 3 vetzuren consumeerden. Ook zeggen ze dat er geen reden tot zorgen is bij een dagelijkse inname tot 5 gram.
Suikers zijn namelijk slechter voor het hart dan verzadigde vetten. Dat concluderen wetenschappers op basis van een literatuurstudie, gepubliceerd in Progress in Cardiovascular Diseases. Hun belangrijkste aanbeveling: eet zoveel mogelijk pure, onbewerkte voedingsmiddelen en vermijd ultra-geraffineerde producten.
Verzadigde vetten en transvetten zijn slechte vetten omdat ze het cholesterolgehalte in het bloed kunnen verhogen. Onverzadigde vetten zijn goede vetten, omdat ze bijdragen tot de instandhouding van een normaal cholesterolgehalte in het bloed en daarmee een bijdrage aan de hartgezondheid leveren.
Verzadigd vet verhoogt het LDL-cholesterol van het bloed. Een te hoog LDL-cholesterol is niet goed voor de bloedvaten. Om de kans op hart- en vaatziekten te verlagen, is het van belang producten met veel verzadigd vet te vervangen door producten met veel onverzadigd vet.
Hart- en vaataandoeningen, kanker en diabetes
Ook een ongezond eetpatroon valt hier onder, zoals (te) weinig groente en fruit eten. Of in het algemeen veel eten of snacken. Ongezonde voeding kan hart- en vaataandoeningen, kanker en diabetes veroorzaken.
Verzadigde vetten verhogen het slechte LDL-cholesterol gehalte in het bloed. Te veel LDL-cholesterol in het bloed vergroot het risico op hart- en vaatziekten. Door de aanwezigheid van relatief veel verzadigde vetten, wordt aangeraden de consumptie van roomboter te beperken.
Verzadigde en onverzadigde vetten hebben elk een specifiek vetzuur. Bij verzadigde vetten hebben alle koolstofatomen een enkele binding. Alle vier vrije elektronen zijn gebonden aan een eigen atoom, daarom de naam verzadigd. Bij onverzadigde vetzuren is er tussen sommige koolstofatomen een dubbele binding.
Vitaminetekorten: Een voeding met weinig vetten kan leiden tot tekorten van de in vet oplosbare vitamines A, D, E en K. Deze vitamines zijn onder andere nodig voor de bouw en werking van het lichaam. Cholesterolproblemen: Als er weinig vetten worden gegeten, krijgt men nauwelijks goed HDL-cholesterol binnen.
Verzadigde vetten zijn slechte vetten. Ze zijn te vinden in producten zoals koeken, gebak en chips en in veel dierlijke producten, zoals vlees, kaas en roomboter. Te veel verzadigde vetten zijn niet goed voor je lichaam, omdat ze het cholesterolgehalte in het bloed verhogen.
Onverzadigd vet past in een gezonde voeding. Onverzadigd vet verlaagt het LDL-cholesterol van het bloed. Een te hoog LDL-cholesterol is niet goed voor de bloedvaten en kan uiteindelijk leiden tot hart- en vaatziekten.
Vetzuren zijn organische carbonzuren met een keten van ten minste twee koolstofatomen en een carboxylgroep (COOH). Het kleinste vetzuur is propionzuur. Vetzuren zitten in vetten en in de fosfolipiden in celmembranen. Vet is een verbinding van glycerol en drie vetzuren.
Toch wordt veel vet eten gezien als een risicofactor voor het krijgen van overgewicht. Veel vet in de voeding leidt namelijk gemakkelijk tot een voeding die meer energie levert dan wordt gebruikt. Dat betekent dat de kans op overgewicht toeneemt.
Als je echter niet oplet en te weinig vet binnen krijgt, gebeurt er het volgende met je lichaam: Kans op hart en vaatziekten nemen toe omdat je gehalte slechte cholesterol zult toenemen waardoor je aderen dichtslibben. Vitamineopname neemt af. Hormonen slaan wat op hol en hierdoor kun je depressiever worden.
Het verschil tussen ''verzadigde'' en ''onverzadigde'' vetten is dat de eerste “slechte” vetten zijn omdat ze het cholesterolgehalte in het bloed kunnen verhogen. Onverzadigde vetten zijn juist goede vetten omdat ze bijdragen tot de instandhouding van een normaal cholesterolgehalte in het bloed.
Minder verzadigd vet eten
Eet weinig vet vlees, vette zuivel, koek, gebak en hartige snacks. Neem in plaats daarvan producten rijk aan onverzadigd vet zoals zachte halvarine en margarine, olie (zoals zonnebloemolie en olijfolie), vette vis, noten en avocado.
Koolhydraten blijken bij grotere hoeveelheden schadelijker voor de gezondheid dan vetten. Dit blijkt uit een groot onderzoek naar de invloed van koolhydraat- en vetinname op hart- en vaatziekten.
Je lichaam is slim genoeg om signalen af te geven wanneer er sprake is van een structureel laag niveau van omega 3-vetzuren. Herken de symptomen van een tekort: minder scherp zicht, moeite met concentreren, onzuivere huid, vermoeidheid en een verminderde gemoedstoestand.
Omega 6 kan bijdragen aan chronische ontstekingen; dit is het geval als we in verhouding tot omega 3 tot veel omega 6 vetten eten (bron). Chronische ontstekingen kunnen op termijn zorgen voor chronische ziekten zoals diabetes type 2, hart- en vaatziekten en kanker.
In combinatie met te weinig omega-3 is dat niet goed voor je gezondheid. Het is dus belangrijk om van beide voldoende te nemen en dat betekent meestal: meer omega-3 en minder omega-6.