Bij hartfalen pompt het hart niet genoeg bloed door het lichaam. Hierdoor kan het lichaam niet meer goed vocht uit het lichaam verwijderen. Vooral de longen, buik, benen en enkels houden vocht vast. Ook krijgen de spieren en organen niet genoeg zuurstof en voedingsstoffen.
Bij ernstig hartfalen kan uw hart al bij heel weinig inspanning niet meer zorgen voor genoeg zuurstof en voeding. De bloedvaten raken vol. Er kan vocht uit lekken. Dit gebeurt vooral naar de longen, buik, benen en enkels.
Hartfalen heeft gevolgen voor je dagelijks leven. Je bent bijvoorbeeld sneller moe en kunt niet meer zomaar alles eten en drinken. Lees de tips voor een gezonde leefstijl, het dagelijks leven en het omgaan met emoties.
Hartfalen is een ernstige chronische aandoening die in de loop der tijd vaak verergert. Uiteindelijk kan het uw levensduur verkorten. De progressie van hartfalen is onvoorspelbaar en varieert van persoon tot persoon. In veel gevallen blijven de symptomen vrij lang (maanden of jaren) stabiel voordat deze verergeren.
Roken en alcohol drinken bij hartfalen
Drink dan niet meer dan 1 glas alcohol op een dag en niet iedere dag. Stop met roken als u rookt. Roken zorgt ervoor dat uw hartspier minder bloed krijgt. De gezondheid van uw hart wordt dan snel minder.
De oorzaak van overlijden was bij 23,1% progressief hartfalen en bij 27,8% plotse hartdood (inclusief longembolie). In de overige 49,1% van de gevallen werd een niet-cardiale doodsoorzaak vastgesteld.
U wordt snel moe als u zich inspant. U voelt zich snel buiten adem en benauwd. Uw voeten en enkels worden dikker. Hartfalen is meestal niet te genezen.
Onderzoek wijst uit dat de mediane levensverwachting vijf jaar bedraagt (dan is nog 50% van alle patiënten in leven). Van de patiënten met zeer ernstig hartfalen overlijdt bijna 90 procent binnen een jaar.
Mensen met hartfalen moeten zich aan veel leefregels houden: Gebruik van medicijnen, zout arm dieet, vochtbeperking, niet te veel en niet te weinig bewegen, voldoende rusten. Vaak is het moeilijk om al deze leefregels goed vol te houden.
Hartfalen in de laatste levensfase; en nu? Als je in de laatste levensfase zit, heb je waarschijnlijk klachten zoals benauwdheid, vermoeidheid en vocht vasthouden. De medicatie en behandeling die je krijgt, is niet meer gericht op genezen. Het doel is de klachten te verminderen en minder om je leven te verlengen.
Soorten hartfalen
Hartfalen kan acuut of chronisch zijn. De symptomen zijn gelijkaardig, maar: bij acuut hartfalen treden ze plots op en nemen ze snel toe: Dat kan zonder duidelijke oorzaak gebeuren, maar meestal is er al chronisch hartfalen aanwezig.
De cardioloog maakt een echo van je hart. De echo (echocardiogram) van het hart bepaalt met zekerheid of je hartfalen hebt. Een echo meet ook de knijpkracht (ejectiefractie) van het hart. De knijpkracht geeft aan hoeveel bloed er bij het samentrekken van het hart wordt uitgepompt.
Hartfalen ontwikkelt zich meestal langzaam na letsel aan het hart. Voorbeelden van letsel zijn onder andere een hartaanval, te veel spanning op het hart door een jarenlange, onbehandelde hoge bloeddruk of een zieke hartklep.
Mensen met hartfalen kunnen last hebben van:
Kortademigheid bij inspanning • Vocht vasthouden: Toename buikomvang, oedemateuze voeten/benen • Moeite met plat liggen, nachtelijke benauwdheid, vaak plassen in de nacht.
De pompfunctie schiet tekort door schade aan de hartspier. De hartspier kan te slap zijn of juist te dik en stijf. Soms ontstaat hartfalen acuut, bijvoorbeeld doordat een hartinfarct de hartspier beschadigt. Soms ontstaat hartfalen geleidelijk, bijvoorbeeld door een hoge bloeddruk.
Het advies is om bij hartfalen in de eerstelijnszorg te streven naar de maximale dosering van de ACE-remmer of ARB en β-blokker, omdat patiënten met hartfalen die hoge doseringen van deze middelen verdragen, de beste prognose hebben.
Een gezonde leefstijl is belangrijk en de patiënt krijgt vaak adviezen voor minder zout en vocht. Mogelijk zijn er ook aanpassingen nodig in de activiteiten in je vrije tijd of je taken op het werk. Als naaste kun je hierbij steunen en samen kijken naar wat er wel mogelijk is.
Alleen in uitzonderlijke gevallen wordt het hart van iemand met hartfalen weer even krachtig als vanouds. De meeste mensen met hartfalen blijven de rest van hun leven onder medische behandeling. Er zijn enkele zeldzamere vormen van hartfalen waarbij therapieën van eind vorige eeuw niet goed werken.
Systolisch hartfalen betekent dat er minder bloed het hart uit wordt gepompt omdat de knijpkracht van de hartspier is afgenomen, waardoor het hart zich minder krachtig samentrekt. Dit is de meest voorkomende oorzaak van hartfalen.
Indien de linker harthelft onvoldoende pompt, raken de bloedvaten van de longen overvol waardoor stuwing en vochtophoping ontstaan en kortademigheid en kriebelhoest kunnen optreden.
Bij mensen die gaan sterven is een stokkende en onregelmatige ademhaling meestal een teken dat de dood snel dichterbij komt. De ademhaling valt dan regelmatig stil om daarna met een diepe zucht weer opgang te komen. De tijd tussen de ademteugen wordt langer en langer, soms wel tot een halve minuut.
Het doodsmasker, ook wel bekend als facies Hippocratica, is een fenomeen dat optreedt tijdens het naderend overlijden. Het veranderende gelaat van een stervende vertoont kenmerken zoals bleekheid, wasachtigheid en de ogen van gebrokenheid.
Pijn is één van de meest voorkomende klachten op een sterfbed, net als de angst voor pijn. Om de lichamelijke pijn te verlichten kan het nodig zijn dat de zieke steeds meer pijnmedicatie nodig heeft. De kans is aanwezig dat dit het levenseinde enkele uren of dagen bespoedigt.