Uit het Nibud Scholierenonderzoek van 2016 blijkt dat kinderen van 12 tot 18 jaar gemiddeld € 50 kleedgeld per maand krijgen. Dat bedrag is vrijwel gelijk voor alle leeftijden. Uit onderzoek blijkt verder dat álle kleding voor een kind € 56 per maand kost.
Schoolspullen krijgt ze een budget voor, duurder mag ze zelf betalen. Beltegoed krijgt ze van mij (maar belt heel weinig, 10 euro doet ze 2 of 3 maanden mee) Van het kleedgeld moet ze wel alles kopen (gewone kleding, schoenen ondergoed sokken jassen enz) Zakgeld mag wel besteed worden als kleedgeld, andersom niet!
En dat kinderen niet altijd alles zelf hoeven te betalen, denk hierbij bijvoorbeeld aan sportkleding en kleding voor speciale gelegenheden. *Het kleedgeld is berekend aan de hand van de gemiddelde kosten van kleding per maand. Dit betreft alle kleding; van sokken en ondergoed tot een winterjas.
Maar uit onderzoek van het Nibud blijkt dat Nederlandse jongeren gemiddeld €50,- kleedgeld per maand krijgen. De jongeren van twaalf of dertien jaar soms iets minder (€35,- tot €45,-) en de jongeren van zeventien en achttien jaar soms net iets meer (tot €60,-).
De helft van de scholieren krijgt kleedgeld. Gemiddeld krijgt een scholier tussen de 12 en 18 jaar ongeveer €64 per maand aan kleedgeld. Dit blijkt uit onderzoek van het Nibud (2020).
Uit onderzoek van het Nibud blijkt dat kinderen van 12 jaar over het algemeen de verantwoordelijkheid over kleedgeld al aankunnen. Kleding is op deze leeftijd belangrijk voor een kind. Ze kiezen dan graag zelf hun kleding uit.
Vergeleken met 2016 sparen vooral 17- en 18- jarigen meer: van gemiddeld 89 euro per maand naar 114 euro. Scholieren die sparen hebben een gemiddeld spaartegoed van 1.392 euro. Dit is minder dan in 2016, toen scholieren 1.641 euro aan spaargeld hadden.
Het Nederlands Centrum voor Financiële Informatie (NCFI) heeft hier onderzoek naar gedaan. Volgens de organisatie geven we gemiddeld € 1.600 per jaar uit aan kleding en schoenen. Daarvan gaat € 1.270 naar kleding en iets meer dan € 300 naar schoenen.
Gemiddeld zijn de uitgaven aan kleding en schoenen in Nederland € 1600 per jaar. Hiervan wordt over het algemeen € 1270 euro aan kleding besteed en iets meer dan € 300 aan schoenen.
Voorlichtingsinstituut Nibud adviseert om vanaf het 12e jaar met kleedgeld te beginnen. De meeste kinderen ontvangen maandelijks een bedrag tussen de 25 en 50 euro. Slechts 2 procent krijgt meer dan 100 euro. Uiteraard zegt dit bedrag pas iets als ook bekend is wat kinderen ervan moeten kopen.
Volgens het laatste onderzoek van Nibud krijgen tieners gemiddeld 64 euro kleedgeld. Daarnaast krijgen zij gemiddeld 31 euro zakgeld. Ook verdienen tieners gemiddeld 174 euro bij hun bijbaantje, en krijgen ze gemiddeld 43 euro door vakantiewerk.
De doorsnee middelbare scholier krijgt ongeveer 50 euro per maand aan kleedgeld.
Hoeveel mag je uitgeven aan kleding? Dan kun je volgens financiële experts het best de vuistregel aanhouden om niet meer dan vijf procent van je netto salaris op te maken aan kleding. Verdien je bijvoorbeeld 2.000 euro netto? Dan zou je dus 100 euro per maand met een gerust hart uit kunnen geven.
De zak- en kleedgeldgrens is het bedrag dat u minimaal moet overhouden, nadat u de eigen bijdrage heeft betaald.
Vrouwen geven meer uit aan persoonlijke verzorging, zoals haarverzorging, cosmetica en parfums dan mannen. Alleenstaande vrouwen besteden hier in totaal 2,7 procent van hun geld aan, tegen 1,0 procent voor alleenstaande mannen. Ook tuin en bloemen, en groente en fruit zijn populairder bij vrouwen dan bij mannen.
Het meeste geld gaat naar zorg en onderwijs en sociale zekerheid (uitkeringen). De inkomsten van het Rijk zijn € 366 miljard euro. Die inkomsten bestaan uit de belastingen en premies die mensen en bedrijven betalen.
Het Nibud adviseert om 10% van je netto inkomen te sparen. Je hoeft niet elke maand 10% opzij te zetten. Het kan de ene keer wat meer en de andere keer wat minder zijn. Als je maar wel gemiddeld aan 10% komt.
Een gemiddeld Nederlands huishouden had aan het begin van 2022 ongeveer € 50.000 aan spaargeld. Dit klinkt als een flinke som. Toch had 20% van de huishoudens in 2012 nog helemaal geen buffer en 20% een te kleine buffer voor hun salaris en leefomstandigheden.
Wat is de belastingvrije voet voor spaargeld? Of met andere woorden, hoeveel geld kun je belastingvrij sparen? In fiscaal jaar 2022 is dit bedrag € 50.650 of € 101.300 voor fiscale partners. Voor 2023 gaat dit bedrag omhoog naar ongeveer € 57.000, of ongeveer € 114.000 voor fiscale partners.
Hoeveel mensen hebben 200.000 euro spaargeld? €100.000 – €200.000 vermogen: 909.000 huishoudens. €200.000 – €500.000 vermogen: 1.075.000 huishoudens.
Zak- en kleedgeld krijg je normaal gesproken van je ouders. Ook als je (tijdelijk) even niet meer bij je ouders woont. Hoeveel zak- en kleedgeld je krijgt bepalen je ouders en hangt meestal af van je leeftijd. Soms lukt het ouders niet om hun kind zak- en kleedgeld te geven.