Uit de Landelijke Monitor Studentenhuisvesting 2017 blijkt dat een student gemiddeld €440 per maand betaald aan woonlasten. De (kale) huur van een kamer is een groot deel van dit bedrag. De Landelijke Studentenvakbond constateerde dat het landelijke gemiddelde van de kale huurprijs €342,71 per maand bedraagt.
De gemiddelde huur van een studentenkamer is € 436 per maand. Studenten geven gemiddeld € 181 per maand uit aan boodschappen. Houd in het begin een digitaal huishoudboekje bij om te kijken hoeveel je per maand uitgeeft. Je krijgt veel mail mail en post als je op kamers woont.
Voorwaarden voor kamerverhuurvrijstelling
Voor 2022 was dit € 5.711. Dit is inclusief alle extra vergoedingen die met de verhuur te maken hebben. Bijvoorbeeld voor energiekosten of het gebruik van wasmachine en droger. De kamer die u verhuurt, is een deel van uw eigen woning en geen zelfstandige woning.
Servicekosten zijn kosten die bovenop de kale huur van een woning komen en die te maken hebben met wonen. Bijvoorbeeld voor schoonmaak en werkzaamheden van de huismeester. U betaalt ook kosten voor de nutsvoorzieningen gas, water en elektriciteit.
De gemiddelde prijs van een kamer zou 363 euro moeten zijn, maar is nu 512 euro. In de grote steden betalen studenten het meest. Zo betaal je in Eindhoven bijvoorbeeld 119 euro te veel en in Haarlem 218 euro. Amsterdam spant de kroon, met 317 euro te veel.
Huurprijs vaststellen
Als u 1 of meer kamers verhuurt, bepaalt u de kale huurprijs en de prijs voor servicekosten. Servicekosten zijn bijvoorbeeld kosten voor water en energie. De maximale kale huurprijs bepaalt u met het puntensysteem.
In de retail is een huurprijs (huisvestingslast) van maximaal 10% van de omzet een gebruikelijke benchmark, al kan dit per branche iets verschillen. Bij het huren van een nieuwe bedrijfsruimte zijn verhuurder en huurder vrij in het bepalen van de huurprijs.
De servicekosten van een kantoor bestaan uit de kosten voor gas, water, elektriciteit, internet, receptiediensten en gemeentelijke heffingen. De servicekosten bedragen vaak tussen de €30,- en €50,- per m2 per jaar.
Voor het berekenen van een redelijke prijs voor het gemeubileerd huren van een kamer moet je uitgaan van 20% van de aankoopwaarde van de meubels per jaar als servicekosten. Zijn ze ouder dan vijf jaar, dan mag je verhuurder jaarlijks 20% van de tweedehands- verkoopwaarde doorberekenen.
Voor servicekosten geldt geen maximum. Hoeveel je kwijt bent aan deze kosten kan per kamer, appartement of woonhuis sterk verschillen. Soms gaat het om een paar tientjes, maar het bedrag kan ook oplopen tot ruim boven de honderd euro.
Het mag namelijk niet zomaar. Je moet ten eerste een vergunning aanvragen voor tijdelijke verhuur op basis van de Leegstandswet bij de gemeente om je huis te mogen verhuren. Op een adres mag je op minimaal drie of vier personen een kamer verhuren.
Huur en leeftijd.
Is uw kind niet ouder dan 22 jaar, dan mag de huur niet meer bedragen dan € 417,34. Is uw kind 23 jaar of ouder, dan geldt dat de maximale huur € 710,68 mag zijn. Het inkomen mag niet meer zijn dan € 22.400,- en met een eventuele toeslagpartner samen € 30.400,-.
Kamers, woonwagens en woonwagenstandplaatsen zijn altijd sociale huurwoningen. Maar voor standplaatsen kunt u geen huurtoeslag krijgen. Ook kunt u niet voor alle woonwagens en kamers huurtoeslag krijgen. Zelfstandige woningen (eengezinswoningen, appartementen) kunnen ook vrije sectorhuurwoningen zijn.
De kosten voor ouders
Uitwonende studenten krijgen gemiddeld € 339 per maand van hun ouders en thuiswonende studenten € 109 per maand (bron: Nibud Studentenonderzoek 2021).
Daar is natuurlijk geld voor nodig. Hoeveel geld heeft een student gemiddeld om uit te geven? Volgens het NIBUD heeft een student gemiddeld 943 euro per maand te besteden.
Het Nibud heeft studenten gevraagd of hun ouders een bijdrage leveren aan hun studie. Uit dit onderzoek blijkt dat 68 procent van alle studenten geld van hun ouders kreeg. Uitwonende studenten ontvangen gemiddeld €339 per maand, thuiswonende studenten krijgen €109 per maand (Nibud studentenonderzoek 2021).
Bij het huren van een woning is gas, water en licht vaak al inbegrepen in de huurprijs. Een verhuurder kan de kosten voor GWL bijvoorbeeld in rekening brengen onder de noemer servicekosten. De afspraken die de huurder met de verhuurder maakt over de kosten voor GWL, dienen te worden vastgelegd in het huurcontract.
Servicekosten die niet in een van de 4 categorieën thuis horen, geeft u niet op voor de huurtoeslag en zij tellen dus ook niet mee. Servicekosten die wel in een van de 4 categorieën horen, tellen voor maximaal € 12 per soort mee voor uw rekenhuur. U hoeft hier zelf geen rekening mee te houden.
Tijdens de huur mag de verhuurder geen werken laten uitvoeren die het uitzicht en de vorm van de woning veranderen. Zonder uw akkoord mag hij bijvoorbeeld niet de garage afbreken of zonnepanelen plaatsen.
De huurder van een woon-of bedrijfsruimte betaalt naast de huurprijs voor het gebruik van de ruimte vaak ook een vergoeding voor diensten die de verhuurder levert. Die aanvullende leveringen en diensten worden ook wel servicekosten genoemd.
Voor het berekenen van servicekosten voor een gemeubileerd en gestoffeerd appartement of kamer mag je als verhuurder 20% van de aankoopwaarde per meubel/witgoed per jaar rekenen. Wanneer de meubels ouder zijn dan 5 jaar mag 20% van de tweedehandsverkoopwaarde worden berekend.
Stookkosten zijn de kosten voor het verwarmen van uw woning middels een centrale ketel. Voor deze kosten is een voorschotbedrag opgenomen in uw maandelijkse huurprijs. De periode die op de afrekening staat gaat over het hele jaar.
In hoofdlijnen betekent het systeem van het woningwaarderingsstelsel dat een woning één punt krijgt voor elke € 12.090 (tot 1 juli 2023) of € 14.146 (vanaf 1 juli 2023).
Gemiddelde woonlasten huurders variëren van 30 tot 41 procent van inkomen. Huurders van corporatiewoningen besteden gemiddeld 32% van hun netto inkomen aan woonlasten (huur, energie en belastingen). Particuliere huurders zijn gemiddeld 37% van hun inkomen kwijt aan de totale woonlasten.
Of u het juiste bedrag aan huur betaalt, kunt u zelf controleren aan de hand van een puntensysteem. Dit systeem geeft de kwaliteit van een woning aan. Het aantal punten bepaalt hoeveel huur u maximaal betaalt voor uw zelfstandige sociale huurwoning.