Vlooien zitten vaak in vloerkleden, tapijten, gordijnen en kleedjes. Maar ook in bed zitten vaak vlooien. Het is dan ook slim om al het textiel te wassen op 60 graden. Niet alleen volwassen vlooien sterven dan, ook de vlooieneitjes, larven en poppen gaan kapot.
Vlooien zitten vaak verstopt in kieren en naden. De woonkamer en slaapkamer zijn de meest gekozen plekken van de vlooien, omdat hier veel schuilplaatsen zijn, zoals op de bank of in het tapijt.
Een wasbeurt op 60 °C doodt de vlooienlarven. Kam je huisdieren regelmatig met een ijzeren vlooienkam. Kom je vlooien tegen, leg ze dan in een bakje water met wat afwasmiddel. Geef je huisdier (in overleg met de dierenarts) preventief antivlooiendruppels, zodat eventuele vlooien zich niet meer voort kunnen planten.
Niemand vindt het fijn om vlooien in huis te hebben, maar helaas is dit een risico dat je als huisdierenbaasje wel loopt. Met meer dan 2.000 verschillende soorten vlooien in de wereld, kan zoiets je heel wat kopzorgen (en jeuk) geven. En als ze er eenmaal zitten, is het niet makkelijk om ze weer weg te krijgen.
Gaan vlooien vanzelf dood? Een volwassen vlo gaat vanzelf dood als er geen gastheer aanwezig is. Zonder een bloedmaaltijd overleven de beestjes zelfs maar een paar dagen. Eitjes en poppen overleven helaas wel lang: tot wel een jaar.
Een bak met water en afwasmiddel is ook een truc om vlooien te bestrijden. Zet 's avonds een bak met water met een aantal druppels afwasmiddel neer. Zet hier een aantal brandende kaarsjes in. Zodra het donker wordt, komen de vlooien af op het licht van de kaarsjes.
Na het stofzuigen de vloer dweilen met een water- en azijnoplossing. Uw huisdier en uzelf bespuiten met een mengsel van water met een etherische olie van de geuren lavendel, koriander, rozemarijn, salie of kamille. Daar houden vlooien niet van.
Vlooien springen in bed. Dit in tegenstelling tot bedwantsen die alleen lopen in bed. Vlooien zijn overdag ook actief, terwijl bedwantsen vooral 's nachts actief zijn. Vlooien vinden een plekje midden op je matras prima.
Vlooien houden van warmte. Daarom zul je bij mensen vlooienbeten kunnen aantreffen in of rondom liezen of oksels, want dat zijn nogal broeierige plekjes. Wat nog vaker voorkomt, zijn beten op de voeten en onderbenen.
Zet 's avonds een schaal water neer met een scheut afwasmiddel erin en/of azijn. Plaats een waxinelichtje erin en de vlooien zullen eropaf komen, erin springen en verdrinken. Geef je huisdier karnemelk te drinken. Het bloed van je huisdier verandert van smaak en dat vinden vlooien niet prettig.
Meerdere soorten kruidenplanten hebben een goede werking als je vlooien in huis wilt bestrijden. Vaak zijn het de planten die een sterke geur hebben. Denk hierbij aan lavendel, munt, rozemarijn, kattenkruid of citroengras. Je kunt dit bijvoorbeeld in de tuin planten, of in de keuken zetten.
Hoe weet u of u vlooien in bed heeft? Vlooien kunnen zich overal in uw bed bevinden, maar de insecten zitten meestal niet in nachtkastjes. De vlooien kunt u het beste herkennen aan zwart gekleurd vuil of bloedvlekken op uw beddengoed. Verder kunt u de vlooien, roodbruine ovale insecten, zien springen.
Een vlooienbesmetting kan het hele jaar door optreden en vooral bij huisdieren die binnenshuis leven. Het risico is echter het grootst tussen juni en oktober (van voor- tot najaar). Deze periode wordt ook wel het 'vlooienseizoen' genoemd.
Maar een donkere, vochtige omgeving, zoals een dierenvacht… Dát vinden ze heerlijk. Daarom kunnen vlooien ook geen eitjes op jou leggen. Ze hebben een hond, kat of ander huisdier nodig, dus als jij de enige bron van voedsel bent, kunnen ze zich niet voortplanten.
Zo maak je een vlooienval: plaats het schoteltje op de plek waar je vlooien hebt gezien of op plekken waar ze zich graag ophouden, zoals de deurmat. Vul het schoteltje met het water en een drupje afwasmiddel. Zet een waxinelichtje in het midden (altijd goed opletten met kaarsen) of plaats een lampje bij het bakje.
Als er mensenvlooien in je huis zijn, ben je voor hen wel een geschikte gastheer. De vlooien kunnen paren en hun levenscyclus zal voortgezet worden, waardoor er in jouw huis een vlooienplaag kan ontstaan. De meeste mensen willen niet gewoon wachten tot de katten- en hondenvlooien vanzelf uitsterven.
Daarom is het behandelen van de omgeving zo belangrijk, dit doe je met Beaphar Omgevingsspray. Deze spray doodt vlooien en vlooienlarven in de omgeving en heeft daarnaast een IGR werking (Insecten Groei Regulator) die de ontwikkeling van eitjes en vlooienlarven in de omgeving verhindert.
Vlooien hebben een hekel aan de geur van azijn. Meng daarom een halve liter natuurazijn met een halve liter water. Doe het mengsel in een spuitbus en spuit het op oppervlakken waar ze kunnen zitten. De geur van azijn zal de vlooien wegjagen, maar niet doden.
poppen. Het popstadium van de vlo kan enkele dagen tot wel een half jaar duren en is niet te bestrijden. Daarom is het aan te raden om bij een vlooienprobleem niet alleen maandelijks alle honden en katten te behandelen, maar ook de omgeving.
Vlooien leggen hun eitjes op het lichaam van uw huisdier. Maar deze zullen niet daar blijven liggen. Eitjes vallen gemakkelijk uit de vacht en raken verborgen in het tapijt, de vloerbedekking, beddengoed of spleten tussen vloerdelen. Eitjes van vlooien zijn klein (slechts ongeveer 0,5 mm lang), ovaal en wit.
Vlooien kunnen niet tegen hitte en hetzelfde geldt voor voor hun eitjes en hun larven. Was je met vlooien besmet textiel op 60 graden (of zelfs nog hoger), dan kun je er donder op zeggen dat Familie Vlo & Co. de wasbeurt niet overleeft.
In Nederland is de kattenvlo (Ctenocephalides felis) de meest voorkomende soort, deze vlo kan ook bij mensen en honden voorkomen. De mensenvlo (Pulex irritans) wordt in West-Europa haast niet meer gezien en de hondenvlo (Ctenocephalides canis) nog zelden.
Volwassen vlooien kunt u zien kruipen over de huid van uw hond. Ze zijn zo'n 2-3 mm lang en hebben een rode of bruine kleur. Een vlo legt per dag wel 20 tot 50 verse eitjes. De eitjes van vlooien zijn heel klein, slechts een halve mm en hebben een ovale vorm en witte kleur.
