en de patient sneller klachtenvrij is! Naast de stilstaande opnames kunnen er ook bewegende beelden gemaakt worden. Hierdoor kan het dynamische gedrag van gewrichten, pezen en spieren beoordeeld kan worden. Dit is bijvoorbeeld bij een MRI, CT-scan of rontgen-foto niet mogelijk.
Een MRI-scan geeft een nauwkeurig beeld van botten, gewrichten en omliggend weefsel zoals spieren, pezen en kraakbeen.
Met echografie kan bijvoorbeeld een beschadiging, een ontsteking of slijtage van een spier of pees worden aangetoond. De volgende problemen zien wij vaak met echografie: Scheur in spier of pees. Peesontsteking.
De transducer zendt geluidsgolven uit en vangt het geluid op dat door het lichaam wordt teruggekaatst. Deze echo's vormen samen een beeld op een scherm. Zo kunnen wij kijken hoe de spieren en pezen in uw lichaam eruitzien.
Het detailniveau is bovendien een stuk hoger dan van echografie. Het verschil met MRI is dat deze techniek geen röntgenstraling gebruikt maar magnetische velden. MRI maakt ook plakjes, net als CT, maar is minder in staat botstructuren zichtbaar te maken.
Op deze foto zijn zenuwen, tussenwervelschijven en spieren niet te zien. Wel kan de arts slijtage, botverschuivingen of verzakte wervels zien. Veel mensen hebben echter wel 'iets' dat te zien is op een röntgenfoto, maar waar ze misschien helemaal geen last van hebben.
Geluidgolven kunnen namelijk niet door lucht heen dringen. Dit betekent ook dat lichaamsdelen die veel lucht bevatten, niet goed te zien zijn met een echo. De geluidsgolven kunnen ook niet door bot heen. De geluidsgolven verplaatsten zich door het lichaam en worden door de organen teruggekaatst.
Vooral de aantasting of beknelling van bepaalde zenuwen kan soms met een MRI goed in beeld worden gebracht. Het maken van een MRI duurt langer dan het maken van een CT-scan, gemiddeld ongeveer een half uur. Deze tijd moet iemand ook stil kunnen liggen. Jonge kinderen (onder de zes jaar) krijgen daarom soms narcose.
Grofweg brengen we met een MRI-scan de volgende weefsels en organen goed in beeld: hersenen (+ functie), ruggenmerg en zenuwen.
pijn die plotseling optreedt (die lijkt op een messteek of zweepslag); gedeukte en/of abnormaal gezwollen spierbuik, boven of onder de betreffende plek. blauwe verkleuring onder de betreffende plek (na enkele uren of dagen); blijvende stijfheid van de getroffen plek.
Als je de peesontsteking niet snel en correct behandelt, kan het zijn dat de pijn erger wordt en steeds terugkeert. In dat geval spreken we van een chronische peesontsteking. Hoe kan je een peesontsteking nu herkennen? Meestal gaat het gepaard met een warme huid boven je pees, maar ook met pijn en een lichte zwelling.
Als een pees overbelast raakt, kunnen er scheurtjes in de pees ontstaan. In dit geval is er sprake van een peesontsteking. Door de scheurtjes ontstaat irritatie: een rode plek, zwelling en pijn. Dit kunnen spontane steken zijn, maar ook herhalende bewegingen kunnen pijnlijk zijn.
Symptomen schouder ontsteking
Pijn in de schouder, voor of achterkant. Pijn met slapen, op de pijnlijke schouder is meestal niet mogelijk. Pijn kan uitstralen vanuit de nek naar de gehele arm en hand. Heffen, hand op de rug of plotselinge bewegingen kunnen beperkend en pijnlijk zijn.
Wat zie je op een MRI-scan? Door de beelden van de MRI-scan krijgt de radioloog een goed beeld van de mogelijke aanwezigheid van bijvoorbeeld ontstekingen, tumoren, fracturen, cysten en slijtage (artrose).
Artrose van de schouder begint met stijfheid en/of pijn bij bewegen. Ook als u de schouder extra zwaar of extra lang belast voelt u pijn. Ook 's nachts kan uw schouder pijn doen, bijvoorbeeld als u op uw schouder ligt. Het kan zijn dat u de schouder voelt schuren of kraken als u met uw schouder beweegt.
Röntgenfoto. Bij klachten in de schouderregio kan een röntgenfoto gemaakt worden om het schoudergewricht af te beelden. Op deze röntgenfoto zijn de botstructuren zichtbaar van de bovenarm, het schouderblad en het sleutelbeen. Kraakbeen, de spieren en bindweefselstructuren zijn niet zichtbaar op deze röntgenfoto.
Een CT-scanner geeft via röntgenstraling informatie over de structuur van weefsels. Een PET-scan geeft juist een beeld van de stofwisseling van weefsels.
Ontstekingsprocessen hebben een verhoogde stofwisseling en kunnen met de PET-scan afgebeeld worden. Met de CT-scan kan de exacte locatie van de ontstekingsprocessen worden bepaald.
Een ct-scan is een onderzoeksmethode waarbij we met röntgenstraling en een computer dunne dwarsdoorsneden oftewel 'plakjes' van een onderzoeksgebied maken. Een ct-scan werkt met dezelfde röntgenstralen als bij een 'gewone' röntgenfoto. Het verschil met een röntgenfoto is dat het apparaat om u heen draait.
Een beknelde zenuw is eigenlijk een fysieke belemmering van het bedradingssysteem van het lichaam. De symptomen zijn onder andere een verdoofd gevoel, scherpe pijn, tintelingen, spierspasmen en spierzwakte. Meestal wordt een beknelde zenuw geassocieerd met scherpe pijn in het getroffen lichaamsdeel.
Bij zenuwpijn voelt u een tintelende, prikkelende, branderige pijn. U kunt heftige pijnscheuten hebben. Mensen beschrijven dit ook wel als 'elektrische' of 'schietende' pijn. De pijn blijft vaak lang: weken of maanden.
Tijdelijke beknelling
Een zenuw kan tijdelijk uitgeschakeld worden door een verkeerde houding zoals bij een 'slapende' hand of voet of bij een gekneusde zenuw na een harde klap of hoge druk van buitenaf. Deze vormen van zenuwbeschadiging gaan na enige tijd vanzelf weer over.
Over het algemeen geeft vocht op een echo een zwart beeld. Lucht en harde structuren geven een wit beeld. Terwijl de verschillende zachte weefsels worden afgebeeld in allerlei grijstinten.
Om het onderzoek goed te kunnen uitvoeren moet de blaas helemaal vol zijn. Daarom moet u vóór het onderzoek extra drinken.
Het is belangrijk dat je een volle blaas hebt, omdat we je baarmoeder dan gemakkelijker in beeld krijgen. We adviseren ook voor de termijnecho minimaal een uur van tevoren niet meer te gaan plassen. Het komt soms voor dat we de baarmoeder en het kindje uitwendig niet goed in beeld kunnen krijgen.