In de eerste zes weken herstellen woordbegrip en zinsopbouw en in de eerste drie maanden kan de woordklank verbeteren. De hersenen hebben hierna tijd nodig om deze onderdelen van taal te laten samenwerken. Na drie maanden kan de manier waarop mensen spreken nog verder verbeteren."
Bijna altijd is er na het ontstaan van afasie enig spontaan herstel van de taal. Zelden of nooit is dat herstel volledig. Toch is er met veel oefenen, telkens weer proberen en volhouden vaak enige verbetering te verkrijgen.
Bij een beroerte/beschadiging in de rechter hersenhelft kunnen communicatieproblemen ontstaan. Soms vallen deze in eerste instantie niet op. De patiënt spreekt vaak vlot en vloeiend, maar toch verloopt de communicatie niet zoals vroeger.
Iedere CVA-patiënt herstelt zich op zijn eigen manier. Sommige patiënten houden aan een beroerte blijvende schade over en andere minimale schade. Dat maakt de verwerking van een beroerte ingewikkeld: niemand kan voorspellen hoe het allemaal zal lopen.
Jaarlijks krijgen zo'n 43.000 mensen een beroerte. Van de mensen die een beroerte overleven, krijgt één derde binnen vijf jaar een nieuwe beroerte of overlijdt. Hierbij spelen risicofactoren zoals hoge bloeddruk en leefstijlfactoren (weinig bewegen en roken) een grote rol.
Daarmee bedoel ik: niet roken, gezonde voeding met weinig zout en onverzadigd vet, en voldoende lichaamsbeweging. Maar soms hebben mensen daarnaast ook medicijnen nodig om een te hoge bloeddruk of hoog cholesterol te behandelen. Via de huisarts kun je dit laten controleren.
Soms hebben mensen na een beroerte moeite met spreken, lezen en/of schrijven. Dit noemen we afasie. Iemand met afasie begrijpt soms niet wat er tegen hem gezegd wordt. Soms zegt een afasiepatiënt een ander woord dan hij bedoelt.
Veel voorkomende gevolgen zijn:
spraakstoornissen, niet de juiste woorden gebruiken. taal moeilijker spreken én begrijpen. concentratieproblemen, vergeetachtigheid. zware vermoeidheid: lees meer op de website van de hersenstichting.
Scheve mond: de mondhoek hangt plotseling naar beneden. Verwarde spraak: iemand praat ineens verward of kan de woorden moeilijk uitspreken. Lamme arm: plotseling ontstaat er krachtsverlies of verlamming van een arm.
Veranderingen na een herseninfarct of hersenbloeding
Je naaste kan misschien niet meer goed bewegen, zien of praten. Je naaste kan moeite hebben met nadenken en begrijpen. Het gedrag en de stemming van je naaste kunnen veranderen. Je naaste is misschien verdrietig, somber of minder geïnteresseerd.
Bij de meeste mensen is de linkerhersenhelft dominant voor taal. Dat ligt anders voor ambidexters (mensen die zowel links- als rechtshandig zijn) en voor linkshandigen.
De hersenen laten je praten
Onder andere het gebied van Broca speelt een belangrijke rol. Het wordt ook wel het spraakcentrum genoemd. Als je hersenen beschadigd raken, kun je problemen krijgen met spraak of taal.
Het spraakcentrum van Broca is een onderdeel van de frontaalkwab, en bij rechtshandigen ligt het vrijwel altijd op de linkerhersenhelft. Bij linkshandigen ligt het in een minderheid van de gevallen op de rechterhersenhelft.
Kun je vaak niet uit je woorden komen, leer jezelf dan goed observeren; herken wanneer de interne spanning toeneemt, zodat jij je tijdig kunt ontspannen. Hierdoor vermindert jouw angst en voorkom je dat je gaat forceren. Hierdoor kun je jouw inbreng op een natuurlijke wijze geven of voor een groep staan.
Spraakapraxie (verbale apraxie)
Bij spraakapraxie is er een probleem met doelbewust spreken. Je begint te haperen of kunt niet goed starten met het uitspreken van een woord of zin. Het is zoeken welke kant de spieren van je mond en kaak op moeten. Het kan een worsteling zijn om een woord juist uit te spreken.
Maak oogcontact en let goed op non-verbale signalen (mimiek, intonatie, gebaren). Maak duidelijk waar het gesprek over gaat. Gebruik eventueel een tekening, afbeeldingen of foto's om het onderwerp te verduidelijken. Spreek rustig en in korte zinnen, benadruk de belangrijkste woorden uit een zin.
Dit zijn de meest voorkomende klachten: Mond: de mondhoek hangt plotseling naar beneden. Spraak: iemand praat plots verward of kan de woorden moeilijk uitspreken. Arm: er ontstaat krachtverlies of verlamming van een arm.
Patiënten met een herseninfarct hebben een vijf keer hogere overlijdenskans. Bij patiënten met een hersenbloeding is de kans op overlijden zelfs meer dan acht keer zo groot.”
Direct merkbare symptomen na hersenletsel
Verwardheid. Geheugenverlies (posttraumatische amnesie: PTA) Hoofdpijn. Misselijkheid of braken.
Een CVA in de linkerhersenhelft
Een CVA in de linker hersenhelft geeft uitval aan de rechterkant van het lichaam en andersom. Daarnaast geeft een CVA in de linker hersenhelft andere klachten dan in de rechter hersenhelft, omdat sommige functies links of rechts in de hersenen zitten.
Dit is een tijdelijke doorbloedingsstoornis in de hersenen. Het is eigenlijk een kortdurend herseninfarct. De klachten van een TIA zijn dezelfde als die van een “gewone” beroerte maar duren meestal niet langer dan twintig minuten. In elk geval zijn de klachten binnen vierentwintig uur weer volledig verdwenen.
De uitvalverschijnselen van een hersenbloeding en een herseninfarct zijn gelijk. De oorzaak is heel anders. Bij een herseninfarct is een bloedvat verstopt, terwijl de oorzaak van een hersenbloeding een scheurtje in een bloedvat is. Er stroomt dan bloed in of rond de hersenen.
Een spelsysteem of letterkaart kan een hulpmiddel zijn voor communicatie met patiënten die volledig verlamd zijn en niet meer kunnen spreken. Door elke letter van een woord af te gaan kan met alleen 'ja' en 'nee' toch gecommuniceerd worden. Bekijk ook de communicatiewijzer (ezelsbruggetje) voor invasieve beademing.
Verwarde spraak: iemand praat ineens heel verward of komt niet uit zijn woorden. Laat de persoon een zin uitspreken om te checken hoe de spraak is. Lamme arm: plotseling ontstaat er krachtsverlies of verlamming van een arm.