Als een waarschuwing wordt weergegeven dat een bericht niet kan worden verstuurd via een bepaalde e‑mailserver voor uitgaande e‑mail, is het mogelijk dat je niet de juiste server voor de e‑mailaccount gebruikt of dat de server onjuist is geconfigureerd in de instellingen voor Mail.
Internetverbinding. Controleer of je internetverbinding goed werkt. Als je problemen hebt met je internetverbinding, kun je geen (goede) verbinding maken met de versturende mailserver om de e-mail te verzenden. Neem in dat geval contact op met je internetprovider.
Controleer of de SMTP-server en -poort correct zijn. De meeste SMTP-poorten zijn 465, 587 of 25. Controleer of de IMAP-server voldoet aan de technische vereisten voor het verbinden van een inbox via IMAP en SMTP. Je IT-team staat misschien alleen bepaalde IP-adressen toe om verbinding te maken met je inbox.
Kijk na of je de juiste instellingen voor de uitgaande mailserver hebt ingesteld. Check of je inlogt op de mailserver ('autorisatie' of 'verificatie') met de gegevens waarmee je ook inlogt op de inkomende mailserver. Controleer bovendien of TLS/SSL aan staat voor de uitgaande server en dat je poort 465 of 587 gebruikt.
Onder Serverinformatie zie je de namen van je inkomende e-mailserver (IMAP) en uitgaande e-mailserver (SMTP). Om de poorten voor elke server te vinden, klik je op Meer instellingen ...> Geavanceerd.
De uitgaande server is de computer die ervoor zorgt dat e-mails die jij verstuurt effectief verzonden worden. Het adres van de uitgaande server is dan ook afhankelijk van de internetprovider waarbij je aangesloten bent.
Als een bericht in het Postvak UIT blijft staan, is dit meestal omdat het bericht een grote bijlage heeft. Klik op VERZENDEN/ONTVANGEN > Offline werken. Klik in het navigatiedeelvenster op Postvak UIT.
Tcp-poort 25 is traditioneel de smtp-poort voor e-mail, maar internetproviders blokkeren deze meestal om spam tegen te gaan die mailservers van klanten al dan niet bewust via deze poort versturen. Blokkeren raakt dan ook meestal klanten met eigen mailservers.
Verbinding maken met een computer of bestandsserver
Tik op 'Verbind met server'. Geef de naam van een lokale host of een netwerkadres op en tik op 'Verbind'. Tip: Nadat je verbinding met een computer of bestandsserver hebt gemaakt, verschijnt deze in de lijst 'Recente servers' in het scherm 'Verbind met server'.
“DNS server not responding” betekent daardoor dat je browser geen verbinding kon maken met het adres op het internet. Vaak worden DNS fouten veroorzaakt door problemen aan de kant van de gebruiker, bijvoorbeeld bij de netwerk- of internetverbinding, verkeerde DNS-instellingen, of een verouderde browser.
Zet je Mediabox XL uit en weer aan of trek de stekker uit het stopcontact en stop hem er weer in. Wacht daarna 7 minuten tot je mediabox is herstart. Waarom is dit belangrijk? Je Mediabox XL maakt door het aan- en uitzetten opnieuw verbinding met ons netwerk.
Ga naar het menu Extra en selecteer Accounts. Selecteer het account in het linkerdeelvenster van het dialoogvenster Accounts. Klik op Geavanceerd en klik vervolgens op het tabblad Server. Schakel onder Microsoft Exchange en Adreslijstservice het selectievakje SSL gebruiken om een verbinding te maken in.
Gelieve de volgende stappen te doorlopen om te testen wat de oorzaak van het probleem is. Controleer of alle instellingen van uw e-mail programma correct staan (zie hier). Controleer of u een antivirus programma/firewall hebt. Indien u die hebt, kunt u best eens proberen om deze te deactiveren/verwijderen.
Als u problemen ondervindt tijdens het versturen of ontvangen van e-mail, controleer dan of u toegang hebt tot de e-mailserver. Controleren of uw apparaat is verbonden met internet: Als u e-mail wilt versturen of ontvangen, hebt u toegang tot internet nodig. Controleer of uw apparaat is verbonden met internet.
Als een e-mail te groot is, kunt u geen e-mailberichten verzenden. Controleer het tabblad Overige en controleer of er geen filters zijn die verhinderen dat u al uw berichten ziet. Controleer de Email instellingen voor ongewenste e-mail en de map Ongewenste e-mail Email .
Outlook starten in de veilige modus
Als u e-mail kunt verzenden met Outlook in de veilige modus, kunt u e-mail weer verzenden door een nieuw Outlook-e-mailprofiel te maken. U start Outlook in de veilige modus door op de Windows-toets te drukken. Typ outlook.exe /safe in het zoekvak en druk op Enter.
U moet uw volledige e-mailadres typen, zoals [email protected]. Uw gebruikersnaam is afhankelijk van uw e-mailprovider, maar gewoonlijk is dit uw volledige e-mailadres of het gedeelte van uw e-mailadres voor het teken @. Dit is het wachtwoord voor uw account. Dit wachtwoord is meestal hoofdlettergevoelig.
Antwoord Voor de uitgaande email (SMTP) kunt u poorten 25 (unsecure), 465 (SSL) en 587 (TLS - aanbevolen) gebruiken in combinatie met de secure mailserver van uw hostingpakket of - bij gebruik van poort 25 of 587 - mail.uwdomeinnaam.nl. Vaak wordt poort 25 echter geblokkeerd door uw internetprovider.
Controleer of de SMTP-servernaar correct is. Controleer deze instelling bij uw systeembeheerder of Internet Service Provider. Als het product geen veilige verbinding met de SMTP-server kan maken, probeer het dan zonder beveiligde verbonding of probeer een andere server of poort.