Is het de ik-vorm? Dan schrijf je het werkwoord met enkel een –d: ik word, ik vind, ik bloed. Is het de hij-/zij- of het-vorm? Dan schrijf je het werkwoord met –dt: zij wordt, hij vindt, het bloedt.
De correcte vervoeging is je/jij wordt.
Als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat, is de correcte vervoeging word je/jij. Bij combinaties met je is het niet altijd even duidelijk of je het onderwerp van de zin is. Als u daaraan twijfelt, kunt u je proberen te vervangen door jij of jou(w).
Er is ook een trucje om te achterhalen of u aan het eind van het voltooid deelwoord -t of -d moet schrijven. U kunt daarvoor vergelijken met de verledentijdsvorm. Als die op -de(n) eindigt, krijgt ook het voltooid deelwoord een -d. Als de verledentijdsvorm op -te(n) eindigt, krijgt ook het voltooid deelwoord een -t.
In het kort. 'Word' gebruik je in de gebiedende wijs en wanneer je de ik-vorm gebruikt. 'Wordt' gebruik je bij de hij/zij/het-vorm.
Dt-fouten voorkomen met de smurfenregel
Een bekend ezelsbruggetje voor werkwoordspelling in de onvoltooid tegenwoordige tijd is de 'smurfenregel'. Het is eigenlijk heel simpel: vervang een werkwoord in de tegenwoordige tijd door een vorm van 'smurfen' en je hoort meteen of er een -t achter moet.
Ik word en word ik zijn allebei zonder t. Als je de ik-vorm van een werkwoord vormt in de tegenwoordige tijd, voeg je geen t toe aan de stam. Het maakt niet uit of het onderwerp ik vóór of achter het werkwoord (de persoonsvorm) staat.
Werkwoord "worden" - Nederlandse werkwoorden - bab.la werkwoordenvervoeger.
De verleden tijd van worden is 'werd'. Het voltooid deelwoord is 'is geworden'.
De correcte vervoeging is je/jij vindt.
Als het onderwerp je/jij achter de persoonsvorm staat, is de correcte vervoeging vind je/jij.
Is het 'De reizigers wordt verzocht' of 'De reizigers worden verzocht'? De vorm met worden heeft de beste papieren, maar beide vormen zijn juist.
Bij de regelmatige werkwoorden is de regel voor de jij-vorm ik-vorm + t: jij loopt – jij werkt – jij wordt – jij vindt. Maar als het werkwoord vóór jij staat, vervalt die t: loop jij – werk jij – word jij – vind jij.
In de spreektaal komt je/jij wil (zonder t) vaak voor, net als in privéberichtjes en andere informele teksten. Over het algemeen krijgt je/jij wilt (mét t) in Nederland nog steeds de voorkeur in (zakelijke) teksten die bestemd zijn voor een breed publiek.
Microsoft Word draait om woorden. Het is een tekstverwerker waarmee u teksten kunt lezen, schrijven, opmaken en uitprinten.
Woensdag: zon, wolken en enkele buien
Het zijn wolken en zonnige perioden die elkaar afwisselen. Verspreid over het land komen enkele buien voor. Het wordt 20 tot 24 graden bij een matige wind uit het westen.
Uw taalinstellingen voor internet aanpassen
Log in op je Google-account. Klik links op Persoonlijke informatie. Zoek en selecteer de gewenste taal.
Wordt is juist: 'Dit wordt je vast niet kwalijk genomen. ' De twijfel in dit soort zinnen wordt veroorzaakt doordat je achter de persoonsvorm staat. Er bestaat immers een regel die zegt: als je onderwerp is en achter de persoonsvorm staat, wordt er geen t toegevoegd.
Het werkwoord worden is dus een koppelwerkwoord.
Betekent leveren van oudsher onder meer 'al dan niet tegen betaling (vrij)geven, verschaffen of produceren', wanneer dit werkwoord zónder lijdend voorwerp voorkomt, betekent het 'doen wat er van je verwacht wordt' ofwel 'een belofte of toezegging gestand doen'.
Ezelsbruggetje: jouw of jou
Als je het kunt vervangen door het persoonlijk voornaamwoord “hem”, is het “jou”. Als je het kunt vervangen door het bezittelijk naamwoord “zijn”, is het “jouw”.
Al die mooie mijlpalen kunnen vanaf nu makkelijk worden vastgelegd en bewaard in Wat word je groot!, een boek dat de eerste vier jaar van een kind volgt langs alle belangrijke hoogte- en misschien ook wel enkele dieptepunten. Een prachtig bewaarboek voor nu en een kostbaar document voor het kind voor later.