Bijna iedereen krijgt ooit een HPV-infectie, mannen én vrouwen. En bijna altijd ruimt het lichaam dit virus weer zelf op. HPV (humaan papillomavirus) is een virus dat veel voorkomt. Er bestaan veel verschillende typen van het virus.
Uw lichaam ruimt het virus bijna altijd weer zelf op. Het duurt 1 tot 2 jaar voordat het virus helemaal weg is. Soms kan uw lichaam het virus niet goed opruimen. U blijft dan veel langer besmet en u heeft een grotere kans op baarmoederhalskanker.
Acht op de tien mensen raken een of meerdere keren in hun leven besmet met HPV. Gelukkig worden die niet allemaal ziek, meestal ruimt je lichaam het virus zelf op. Bij 10 tot 20% van de mensen gebeurt dat niet.
Van de Nederlandse vrouwen van achttien tot dertig jaar is 11,8 procent besmet met één of meerdere van de HPV-virussen, die een verhoogd risico kunnen geven op baarmoederhalskanker later in het leven.
HPV komt veel voor. De persoon met wie je seks hebt kan het virus dus bij zich dragen zonder dit zelf te weten. En dan kan jij het ook krijgen. Ook als je je hele leven met 1 persoon seks hebt, kan je het van die partner krijgen.
Een belangrijke laatste opmerking: er is een kleine kans dat je HPV krijgt, zonder ooit seksueel contact te hebben. In een studie bleek 1,3% van de maagden die nog helemaal géén seksueel contact hadden gehad HPV te hebben.
Krijgt u de uitslag dat er HPV humaan papillomavirus (humaan papillomavirus) is gevonden in de zelfafnameset, dan krijgt u het advies om een uitstrijkje te laten maken bij de huisartspraktijk. Bij dit uitstrijkje geldt het nieuwe verwijsschema.
In het algemeen geneest een HPV-infectie zonder behandeling. Van nieuwe infecties was 20% na 3 maanden spontaan genezen en 90% na 2 jaar (Boeke 1999, Zielinski 1999). Tijdens een vaginale baring kan een neonaat worden besmet met HPV .
Het virus is niet aanwezig in sperma, speeksel of bloed.
Jonge vrouwen met een seksleven worden het meest blootgesteld aan besmettingsgevaar, dat afneemt met de leeftijd. Mannen lopen minder gevaar.
Als de HPV-infectie zich ontwikkelt tot baarmoederhalskanker, duurt dit gemiddeld 10 tot 15 jaar. Daarom komt baarmoederhalskanker vooral voor bij vrouwen vanaf 30 jaar.
Besmetting. Besmetting kan plaatsvinden door te vrijen met iemand die HPV heeft. Condooms verminderen de kans op besmetting met HPV, maar het virus verspreidt zich ook via handen, huid en mond. HPV verdwijnt meestal vanzelf na ongeveer 1,5 jaar uit het lichaam, in die periode is diegene besmettelijk.
Met de zelfafnameset neemt u zelf thuis vaginaal materiaal af uit uw vagina. Het laboratorium test de zelfafnameset op HPV humaan papillomavirus (humaan papillomavirus). Voor een uitstrijkje gaat u naar de huisartsenpraktijk. Een uitstrijkje test op HPV en - als HPV gevonden wordt - ook meteen op afwijkende cellen.
De eerste verschijnselen zijn jeuk en irritatie bij de geslachtsorganen. Soms ontstaat er maar één wratje, maar soms ook ontstaan er veel wratten in korte tijd. De kans dat wratten na behandeling terugkomen is groot.
Als er HrHPV wordt gevonden in een uitstrijkje, kunt u het virus dus al langere tijd hebben. Er is geen behandeling voor hrHPV. Meestal verdwijnt het virus vanzelf. Behandeling van uw partner met eventueel hrHPV is niet mogelijk.
Kanker door HPV
HPV kan verschillende soorten kanker veroorzaken, zoals baarmoederhalskanker, kanker bij de vagina, schaamlippen, anus, penis en in de mond- en keelholte. Het aantal gevallen van kanker door HPV per jaar is de laatste jaren licht gestegen.
Mannen kunnen HPV inderdaad ook bij zich dragen op hun penis/eikel. Voor mannen is er echter eigenlijk geen 'risico' omdat het maar heel zelden (veel minder vaak dan bij vrouwen) tot problemen leidt zoals dat bij vrouwen leidt tot afwijkingen op de baarmoedermond. Testen en screening heeft dus voor mannen geen zin.
Wat als het HPV-virus niet weggaat? 'In principe kun je niks tegen HPV doen, want meestal ruimt jouw lichaam zelf het virus weer op', zegt Esajas.
Samenvatting. Verwekker: Humaan papillomavirus. Incubatietijd: 2-3 jaar tot een hooggradige CIN-laesie, 12-15 jaar naar een cervixcarcinoom. Besmettelijke periode: Hangt samen met de periode waarin de infectie productief is (virusuitscheiding).
Verspreiding via het bloed treedt bij baarmoederhalskanker minder vaak op en dan pas in een zeer laat stadium. Dan kunnen uitzaaiingen ontstaan in de longen, de botten of de lever.
Antilichamen die het lichaam zelf aanmaakt tegen een HPV-infectie beschermen niet volledig, dit betekent dat iemand opnieuw kan worden geïnfecteerd. Het HPV-vaccin biedt wel goede bescherming en HPV-antilichamen zijn detecteerbaar in de omgeving van de baarmoederhals bij gevaccineerde meisjes.
Het HPV-vaccin in het Rijksvaccinatieprogramma bevat deeltjes van HPV, typen 16 en 18. Je kunt er geen HPV van krijgen. Na vaccinatie maakt het lichaam antistoffen aan tegen HPV 16 en 18. Als je besmet raakt met HPV, herkennen deze antistoffen het virus en ruimen het op.
Je merkt meestal niks van HPV. Sommige soorten HPV kunnen zorgen voor genitale wratten. Dat zijn wratten rond je piemel, vagina of kont.
HPV is een veelvoorkomend en besmettelijk virus en komt voor bij vrouwen én mannen. Mannen en vrouwen kunnen het virus op elkaar overdragen. Meestal verdwijnt het virus vanzelf, maar soms kan het leiden tot bepaalde vormen van kanker of aandoeningen1.
Als je wel HPV hebt, krijg je na 5 jaar een nieuwe uitnodiging. Ook als je tussen de 40 en 60 jaar bent. Als je een uitnodiging krijgt, maak je zelf een afspraak voor het uitstrijkje bij je huisarts.
HPV wordt overgedragen via seks
HPV is erg besmettelijk en wordt overgedragen via seks. Bijna iedereen krijgt vroeg of laat een besmetting met HPV. En bijna altijd ruimt het lichaam dit zelf op. Er is niet per se geslachtsgemeenschap nodig om een HPV-infectie op te lopen.