Een stent is een klein, ontplooibaar buisje met een gaasachtige structuur, dat wordt gemaakt van medisch roestvrij staal of een kobaltlegering. Stents kunnen helpen bij het openhouden van de bloedvaten en het verminderen van de kans op een hernieuwde verstopping of vernauwing na het dotteren.
De JJ-stent kan ongeveer drie maanden blijven zitten. We verwijderen de stent meestal op de polikliniek.
Een JJ-katheter, ook wel dubbel J-katheter genoemd, is een dun slangetje dat van de nier naar de blaas loopt. Aan beide uiteinden van de katheter zit een krul. De ene krul ligt in de nier, de andere in de blaas (figuur 1). De krullen lijken op een 'J', vandaar de naam 'JJ'-katheter.
Nadat de chirurg de steen verwijderd heeft, beslist hij of het nodig is om een buisje achter te laten tussen de nier en de blaas (een inwendige stent). Deze stent dient om de urine optimaal te kunnen draineren uit de nier en voorkomt dat de tijdelijke zwelling de urineafvloei verstoort.
Gedurende 24 uur mag u geen zware voorwerpen tillen, geen zware lichamelijke inspanningen doen en niet roken.
Voor het herstel na een dotterbehandeling staat circa een week. Na de behandeling is het belangrijk om een aantal dagen rustig aan te doen. Dit houdt in: Wond ontlasten.
Periode na de dotter of stent behandeling
Mogelijk heeft u gedurende een week na de behandeling nog een zeurend of trekkend gevoel bij het hart (anders dan de voor uw bekende pijn op de borst waarvoor u gedotterd bent). Dit kan nog een gevolg zijn van de ingreep en/of het plaatsen van de stent.
De nu gepubliceerde vervolgstudie FAME II toont klip en klaar aan, dat het plaatsen van een stent bij een vernauwing die leidt tot zuurstofgebrek, daadwerkelijk leidt tot langer leven. Ook de kwaliteit van leven wordt sterk verbeterd ten opzichte van behandeling met uitsluitend medicatie.
'Inmiddels zijn ze ook bedekt met een laagje medicatie, die ervoor zorgt dat er geen wildgroei aan cellen plaatsvindt. Een stent kan daardoor een leven lang mee. Wel slikt een patiënt voor de rest van zijn leven medicatie, zoals bloedverdunners en cholesterolverlagende middelen.
Kan de stent verschuiven? Zodra de stent geopend is en in de wand van de kransslagader drukt, zal deze blijvend op zijn plaats blijven zitten. Er zal vaatweefsel om de stent heen groeien dat de stent op zijn plaats zal houden.
Bij behandeling via de polsslagader:
De dag na de behandeling mag u weer douchen. Na 3 tot 4 dagen mag u weer in bad. U mag 3 dagen niet autorijden, steunen op uw pols, handen schudden, computeren of huishoudelijk werk doen.
Een belangrijke complicatie van stentimplantatie is het opnieuw dichtgroeien van het vat. Dit komt soms door de ontstekingsreactie die het gevolg is van de schade na het aanbrengen van de stent. Wanneer de stent verstopt raakt, treedt er meestal opnieuw geelzucht op. Dit kan gepaard gaan met koorts.
De huidige aanbeveling - twaalf maanden bloedverdunners gebruiken na een stentimplantatie - is voornamelijk gebaseerd op onderzoek met oudere stents.
Stents zijn metalen spiraaltjes of buisjes die aangebracht worden bij een kransslagadervernauwing om de doorgankelijkheid te verbeteren. De stent wordt in de kransslagader gebracht langs een ballonkatheter. Die moet voorkomen dat een opgerekt stukje zich opnieuw vernauwt.
Vliegen is toegestaan. Met een lange inspannende reis kunt u beter nog even wachten. Bespreek met de cardioloog op welke termijn u wel mag gaan.
Uw dagelijkse activiteiten kunt u na 24 uur hervatten. Na één week kunt u langzaam weer beginnen met sporten of zwaar lichamelijk werk. U kunt beter niet langdurig hurken, knielen en/of de benen kruisen (zeker niet als er een stent in het been geplaatst is). Na één week mag u weer rustig beginnen met fietsen.
Het is nodig om te dotteren of een stent te plaatsen als er te weinig bloed door de vernauwing kan stromen. Dit kan een cardioloog ontdekken met een FFR-meting. De cardioloog brengt via een ader of slagader in de lies of arm een dun hol slangetje (katheter) naar het hart.
U blijft voelen dat de arts bezig is met de behandeling in uw lies, maar het is niet pijnlijk. Via een slangetje (katheter) krijgt u contrastmiddel ingespoten. De contrastvloeistof zorgt ervoor dat de binnenkant van het bloedvat zichtbaar is op het beeldscherm.
Als u een vernauwing of verstopping in een kransslagader heeft, kan de cardioloog het bloedvat oprekken met een ballonnetje. Dit heet dotteren. Meestal plaatst de cardioloog een hol buisje van gaas om te voorkomen dat het bloedvat weer vernauwt. Dit heet een stent.
Belangrijk om te weten over ticagrelor
Bij een grote kans op een hartinfarct of bij angina pectoris (hartkramp). Ook na een dotteroperatie of plaatsing van een stent. Na dotteren of plaatsen van een stent moet u dit medicijn minimaal 12 maanden gebruiken.
Als de stent niet langer nodig is, wordt die verwijderd op de polikliniek Urologie via een cystoscopie. Via de plasbuis brengt de uroloog een fijn flexibel buisje met camera tot in de blaas. Zo kan hij/zij de onderste krul van de stent in beeld brengen en met een fijn grijpinstrument vastgrijpen en verwijderen.
Er zijn drie soorten stents: metalen stents met en zonder medicijnen, en oplosbare stents. Oplosbare stents worden sinds september 2017 nauwelijks nog gebruikt.