Bij een depressie horen ook lichamelijke klachten. Bijvoorbeeld: moe zijn zonder duidelijke oorzaak, of een loodzwaar gevoel in uw armen en benen. Slapen gaat vaak moeilijk. U slaapt moeilijk in, wordt midden in de nacht vaak wakker, of wordt erg vroeg wakker en kan niet meer inslapen.
Een depressie zit meestal niet alleen in het hoofd, maar brengt vaak ook lichamelijke gevolgen met zich mee. U kunt hierbij denken aan het hebben van hoofdpijn of het veranderen van de eetlust met een gewichtstoename of -afname tot gevolg. Ook in de hersenen zijn fysieke veranderingen terug te vinden.
Alcohol en drugs kunnen een depressie veroorzaken en verergeren. Vaak zijn er ook zorgen over praktische problemen, zoals geld, werk, het gezin of woonruimte.
Het is volkomen normaal dat je daar allerlei gevoel bij hebt: verdriet, angst, woede, somberheid. Als je die dingen ervaart, weet je vaak waar ze mee te maken hebben en het gevoel komt en gaat. Je kunt erover praten, je kunt erom huilen soms misschien een beetje lachen, er zit beweging in.
Goede of slechte ervaringen of gebeurtenissen die je leven opeens erg veranderen, kunnen ervoor zorgen dat je depressief wordt. Voorbeelden daarvan zijn het verlies van je partner, ontslag of een verhuizing. Maar denk ook aan schokkende gebeurtenissen die je somber en angstig maken, zoals een beroving of een ongeluk.
Bij ongeveer 50% van de mensen duurt een depressieve periode korter dan drie maanden. Bij 15 tot 20% van de patiënten wordt de depressie chronisch, dat wil zeggen dat de depressie wel meerdere jaren kan duren. Periodes met zware klachten worden dan soms afgewisseld met periodes waarin het beter gaat.
Bepaalde lichamelijke ziekten, zoals een schildklieraandoening, kunnen een depressie veroorzaken. Ook verkeerd of te veel medicijngebruik kan een depressie veroorzaken. Depressies gaan nogal eens samen met te veel alcohol of drugs.
Het blijkt niet mogelijk om op basis van een MRI-scan de diagnose depressie te stellen. Onderzoekers van Amsterdam UMC keken met behulp van kunstmatige intelligentie naar scans van mensen met en zonder depressie.
Over het algemeen gaan de klachten binnen drie maanden vanzelf over, maar als hulp te laat komt kunnen klachten flink verergeren en kan je depressie zelfs chronisch worden. Erkennen dat je depressief bent is vaak de eerste stap naar herstel.
Door een depressie kan je je misselijk voelen. Of je kunt diarree krijgen of net voortdurend geconstipeerd raken. Uitputting en vermoeidheid: hoeveel je ook slaapt, je voelt je moe en afgemat. Je raakt met moeite uit je bed 's morgens en functioneert niet behoorlijk.
Een belangrijke reden dat het ons niet lukt om gelukkig te zijn of om te genieten, is het hebben van bijvoorbeeld een burn-out of depressie; of het piekeren; het hebben van angst, een gebrek aan zelfvertrouwen, schuldgevoel of gevoelens van schaamte; tegen spanningen of stress in je relatie of werk aanlopen; of je ...
Dit kan voortkomen uit somberheidsklachten en depressie. Wanneer je somber en altijd moe bent, is het lastig om deze vicieuze cirkel te doorbreken: je bent moe en hebt nergens zin in. Hierdoor wordt je inactief en daardoor raak je alleen maar meer vermoeid en lusteloos.
Naast gevoelens van somberheid kunnen ook gevoelens en gedachten van leegte, onmacht en minderwaardigheid een signaal zijn. U voelt zich bijvoorbeeld onzekerder dan voorheen en er is een toename van twijfels en besluiteloosheid. Emotionele onevenwichtigheid wordt ook wel gezien als een voorteken.
Mensen met dysthymie of een persisterende depressieve stoornis voelen zich een lange periode (minstens twee jaar) lusteloos en neerslachtig. Vergeleken met een 'gewone' depressie hebben mensen met dysthymie minder intensieve klachten, maar ze houden wel langer aan.
Seizoensgebonden depressie
Het bekendst is de winterdepressie. Symptomen van een winterdepressie zijn: somber en neerslachtig zijn, terugtrekgedrag, veel slapen, vermoeidheid, prikkelbaarheid, veel eten en een toename van het gewicht.
Depressies kunnen zeer ingrijpende gevolgen hebben voor de persoon en hun omgeving. Naast het psychisch lijden en de beperkingen in het sociale leven van de cliënt, hebben depressies vaak grote gevolgen voor relaties. Partners kunnen overbelast worden of de relatie met de kinderen raakt mogelijk verstoord.
Neurotransmitters en depressie
Bij het ontstaan van een depressie zijn vooral serotonine, noradrenaline en dopamine van belang. In bepaalde delen van de hersenen zou er bij depressie een tekort optreden van deze neurotransmitters.
Wie kampt met een depressie heeft lagere waarden van een specifiek molecuul in zijn bloed. Een team van Amerikaanse wetenschappers ontdekte dat mensen met een depressie minder van het molecuul acetyl-L-carnitine (LAC) in hun bloed hebben.
Mensen die depressief zijn, zijn langdurige tijd somber en hebben vrijwel nergens zin in. Ze verliezen vaak interesse in de dingen om zich heen en kunnen niet echt meer genieten. Men spreekt van een depressie als de gevoelens van neerslachtigheid minstens twee weken duren. Hierbij hoort ook een gebrek aan motivatie.