Open vragen nodigen iemand uit om meer te zeggen over dat onderwerp en bevorderen daarom het gesprek. Je kunt dan zelf weer reageren op wat iemand vindt van een bepaald onderwerp en op die manier is het gesprek op gang gebracht. Te veel vragen na elkaar stellen is geen gesprek maar meer een interview.
Je kunt een gesprek beginnen over jezelf of je kunt juist belangstelling tonen voor de ander. En kijk eens waar je bent op dat moment. Misschien kun je iets over de aanwezigen zeggen, over de omgeving, over jouw reden waarom je daar op dat moment bent. Kijk, observeer en doe inspiratie op.
Hoe begin je een gesprek met iemand die je niet kent?
Start met een complimentje, of zoek een gemeenschappelijk onderwerp waarover je kan praten. En probeer niet te vervallen in negativiteit. Ja, het weer is misschien slecht, of het is misschien te warm, dit en dat. En dan is het de truc om er een positieve draai aan te geven.
Wees direct en duidelijk als je haar uit vraagt: 'Wil je dinsdagmorgen samen een kop koffie drinken in de stad', is veel duidelijker dan 'zullen we een keer iets doen samen'. En als je helemaal lekker bezig bent maak je het meteen duidelijk dat jij jullie afspraakje als een date ziet.
Begin bijvoorbeeld over waar jullie elkaar hebben ontmoet of voor het laatst hebben gezien. Dus zoiets als: "Hoe was je avond nog?". Als je diegene al eens hebt gesproken kun je ook beginnen over het laatste onderwerp waar jullie het over hebben gehad. Het is sowieso altijd slim om een open vraag te stellen.
Een rustige ademhaling zorgt er namelijk voor dat jouw brein een seintje ontvangt dat alles oké is. Neem daarom even de tijd wanneer je merkt dat je moeilijk uit je woorden komt en adem diep in – één, twee, drie – en weer – aaah – uit. Hierbij kun je de '4-7-8'-ademhaling gebruiken.
'Het goede gesprek' is een term die je tegenwoordig steeds vaker hoort. Met deze term worden de gesprekken die je als medewerker met je manager hebt, over je eigen ontwikkeling, bedoeld. Het goede gesprek komt vaak ter vervanging van de drie standaard gesprekken in de traditionele gesprekscyclus .
Begin met een klein gesprekje. Je hoeft niet meteen je hart te luchten, je wilt hem ten slotte niet afschrikken. Met een simpele begroeting en een paar vragen waar hij op in kan haken, laat je hem ook merken dat je interesse hebt. Vraag bijvoorbeeld naar zijn nieuwe schoenen en waar hij die vandaan heeft.
Praat vanuit je eigen bezorgdheid. Wees tactvol, toon respect en geef aan waarom het voor jou belangrijk is om het onderwerp te bespreken. Laat merken dat je om de ander geeft, wat het onderwerp met je doet, en waarom het jou in de weg zit. Zoals Caughlin zegt: 'Op die manier kun je heel veel zeggen.
Het woord zegt het eigenlijk al een beetje, een gesprek waarin je alles mag zeggen en/of vragen (dat mag sowieso altijd bij mij). Het is vaak heel verhelderend om te praten of sparren met iemand die buiten de situatie staat.