Verkeersbord met streep betekenis
De betekenis van een verkeersbord met een streep is dat het een einde van een bepaalde situatie aangeeft.
Er zijn zes hoofdcategorieën waarin verkeerborden worden opgedeeld: gevaarsborden (A), voorrangsborden (B), verbodsborden (C), gebodsborden (D), parkeren-en stilstaan borden (E) en aanwijzingsborden (F).
Een driehoekig wit bord met een rode rand waarschuwt je voor mogelijke gevaren op de weg. Op het bord wordt aangegeven waar voor wordt gewaarschuwd.
Door de vorm en de kleur van een verkeersbord is veelal op afstand al in te schatten om welk soort verkeersbord het gaat en waarom een bepaald bord geplaatst zou kunnen zijn. Verkeersborden die de voorrang regelen hebben een unieke vorm en zijn zelfs besneeuwd als zodanig te herkennen.
A02 – Einde maximum snelheid verkeersbord
Deze borden zijn wit met 3 zwarte strepen erdoor. Dit bord betekent dat de maximale snelheid die van kracht was niet meer geldt. Er geldt nu een nieuwe maximale snelheid die gevolgd dient te worden. Dit wordt vaak duidelijk gemaakt door andere borden.
Parkeerverbod. Aan de kant van de weg waar dit bord is geplaatst, mag je niet parkeren. Je mag hier wel passagiers laten in- of uitstappen of goederen laden of lossen. Het parkeerverbod geldt niet voor parkeervakken.
Gele waarschuwingsborden met pictogram van een uitroepteken voor het aanduiden van algemeen gevaar. De bordjes voldoen aan de huidige wetgeving en zijn volgens de internationale en Europese.
Een verdrijvingsvlak bestaat uit diagonale strepen of een witte driehoek. Het is niet toegestaan te rijden op een verdrijvingsvlak. Boete € 280,-. Bestuurders moeten altijd stoppen vóór een voor hen bestemde stopstreep.
U herkent een 'verplicht fietspad' aan een blauw, rond bord met daarop een witte fiets. Het bord verplicht fietspad betekent dat de bromfietser op de rijbaan moet rijden.
De betekenis van verkeersbord C3 is, daarentegen, minder bekend: verboden toegang, in beide richtingen, voor iedere bestuurder. Het verkeer in de straat is dus volledig verboden voor alle voertuigen.
De omgekeerde driehoek (bord B1) betekent dat je voorrang moet verlenen aan bestuurders die op de openbare weg rijden die jij wilt oprijden, en dat je, indien het nodig is moet stoppen. Zijn er geen andere bestuurders, dan hoef je niet te stoppen en mag je het kruispunt oprijden.
De verboden richting wordt in de meeste Europese landen aangegeven met een rond rood verkeersbord met een horizontale witte streep in het midden, de verplichte richting met een vierkant blauw bord met een witte pijl.
De driehoekige borden in het wit met een rode rand duiden een gevaar aan. Ze signaleren een risico aangeduid door het pictogram.
Artikel 66. Als boven een verkeersbord het woord "zone" staat en een aanduiding van het gebied van de zone is toegevoegd, dan geldt het bord in het aangegeven gebied.
dubbele witte middenstrepen met groene kleur ertussen: 100 kilometer per uur; dubbele witte middenstrepen zonder groene kleur: 80 kilometer per uur; geen middenstreep: 80 kilometer per uur, behalve als er langs de weg een bord staat met 60 kilometer per uur.
In elke stad zijn er parkeerplaatsen met een wit kruis op de straat. Het zijn veelal invalideplaatsen. Maar ook staat er soms geen bord meer bij, omdat de plek geen invalidenplaats meer is. Ze kunnen dan het witte kruis niet meer weghalen, maar het is dan een gewone parkeerplaats geworden waar je mag parkeren.
Want eigenlijk heten deze strepen wegmarkeringen.
Eenvoudige uitleg: Opgelet! Pas je snelheid aan, je nadert een situatie die extra aandacht vraagt.
Verkeerstekens op het wegdek kunnen net als verkeersborden een gebod of verbod betreffen. Tevens kunnen verkeerstekens op het wegdek worden aangebracht ter geleiding van het verkeer, ter herinnering aan de geldende maximum snelheid of ter aanduiding van andere omstandigheden.
E3: Dit verkeersbord geeft aan dat je hier niet mag stilstaan of parkeren. Het verbod geldt voor de kant van de weg waar het geplaatst is, tot aan het eerstvolgende kruispunt.
Binnen de bebouwde kom, mag je links op de rijbaan parkeren of op de gelijkgrondse berm links naast de rijbaan. Auto's mogen op die plaats parkeren: binnen de bebouwde kom; de rijbanen zijn gescheiden door een gelijkgrondse berm (waar de auto's staan).
Parkeren is verboden: In zones waar een parkeerverbod geldt of op plaatsen waar een verkeersbord aangeeft dat het verboden is om te parkeren, dit parkeerverbod geldt dan aan die zijde van de weg waar dit bord is geplaatst voor het gehele wegvak oftewel tot het volgende kruispunt. Binnen 5 meter van een kruispunt.