"Wanneer we het IQ van tweelingen met elkaar vergelijken, zijn we in staat om de genetische component op intelligentie in te schatten. Deze studies hebben uitgewezen dat ongeveer 70% van het IQ erfelijk is en dat ongeveer 30% door omgevingsfactoren wordt bepaald."
Wil je als man een slim kind? Dan is het zaak om een intelligente moeder te vinden. Intelligentie hebben kinderen namelijk vooral te danken aan de genen die zij van hun moeder hebben geërfd. Dit blijkt uit een recent onderzoek gepubliceerd in Psychology Spot, waarover Ouders van Nu schrijft.
De intelligentie van iemand wordt bepaald door drie factoren: Erfelijkheid (bepaalt de intelligentie voor tenminste 50%). De omgeving/het milieu, waarbinnen men leeft en opgroeit (rond de 30% bepalend). De covariantie, die samenhangt met erfelijkheid én omgeving.
Uit de studies is gebleken dat ongeveer 70% van het IQ erfelijk is en dat de overige 30% door omgevingsfactoren wordt bepaald. Wat bepaalt nog meer intelligentie? Gezondheid, slaap, beweging, kwaliteit van het onderwijs en andere omgevingsfactoren kunnen de intelligentie beïnvloeden.
Feit is dat we het gewoon niet weten. Hoe intelligent je bent is voor een deel erfelijk: van je ouders krijg je al dan niet slimme genen mee bij je geboorte. Maar ook de omgeving waarin je opgroeit speelt een rol: je opvoeding en je school bijvoorbeeld.
De leerlingen in het speciaal basisonderwijs hebben meestal een IQ van 60 of hoger.
Het onderzoek wijst erop dat de conclusie dat een kind heel slim is eigenlijk pas na de tienerjaren getrokken kan worden. Want het IQ kan nog alle kanten op. En dat is ergens ook goed nieuws: IQ is blijkbaar niet iets wat vastligt en is onder tieners nog te veranderen.
Onderzoekers van het University College London ontdekten in 2011 bijvoorbeeld dat het IQ van jongeren in enkele jaren tot maar liefst 20 punten kon stijgen of dalen. Zaken die helpen om je hersenen en je intelligentie te ontwikkelen zijn gezond en genoeg voedsel, en goed onderwijs.
Directe signalen
Voorbeelden daarvan zijn achterblijvende conceptuele vaardigheden, zoals kunnen lezen, schrijven en rekenen, achterblijvende sociale vaardigheden zoals communicatieve vaardigheden en het oplossen van sociale problemen en achterblijvende praktische vaardigheden.
Is een IQ-test bij kinderen betrouwbaar? Een IQ-test is nooit helemaal betrouwbaar. Daarom kan men nooit weten of het gemeten totaal-IQ ook iemands ware intelligentie weerspiegelt. Het gemeten IQ is een momentopname.
Een IQ-test is een momentopname
Wanneer jouw kind faalangst is, wat regelmatig voorkomt bij hoogbegaafde kinderen, kan het slecht gaan presteren. Maar ook factoren als spanning, een tekort aan slaap of een vervelende gebeurtenis de dag voor de test, kunnen de uitslag negatief beïnvloeden.
Researchers aan de University of Washington en in Glasgow zijn het er na uitgebreid onderzoek over eens: de intelligentie van een kind wordt bepaald door het genetisch materiaal langs moeders kant. Het genetisch materiaal van de vader heeft geen invloed.
Is er sprake van een overlijden van de 2e ouder, dan erft het kind alles, als dit het enig kind is, anders de kinderen gezamenlijk, samen en voor gelijke delen. Is er sprake van samenlevende ouders en er is niets geregeld dan erven de kinderen alles van de overleden ouder.
Aanname: Je erft evenveel genen van moeder en vader
Maar al krijg je van je moeder en vader evenveel chromosomen, niemand erft evenveel genen van elke ouder. Meisjes krijgen een X-chromosoom van beide ouders, en jongens een X- van hun moeder en een Y-chromosoom van hun vader.
Hoewel het IQ een indicatie geeft voor het schoolniveau dat past bij je kind, betekent het niet dat ieder kind met een IQ van 116 naar het VWO kan. Het betekent ook niet dat geen enkel kind met een IQ lager dan 116 niet naar het VWO kan.
We spreken af dat een 'gemiddelde mens' een IQ van 100 heeft. We respec- teren die afspraak in elke leeftijdsgroep. Zo heeft een 'gemiddeld intelligent' kind van 6 jaar een IQ van 100, een 'gemiddeld intelligent' kind van 10 jaar een IQ van 100, een 'gemiddeld intelligente' dertiger een IQ van 100 enz.
OP een Gymnasium terechtkomen is dus mogelijk met ene gemiddeld IQ. Om het Gymnasium af te ronden heb je een IQ van rond de 115/125 nodig.
Moeilijk lerend bij de score 70 – 79; Matig lerend bij de score 80 – 89.
Hoe hoog moet je IQ zijn voor de universiteit? In academische kringen kan nog wel eens worden neergekeken op mensen met een IQ beneden de 117. Echter, de gemiddelde score binnen een bevolking is 100, dus iedereen met een score boven de 100 is officieel al 'begaafd'.
In het algemeen is IQ nog steeds de beste voorspeller voor schoolsucces. Fossen vond een vrij sterke samenhang (een correlatie van . 64) tussen IQ en schooltype in het voortgezet onderwijs in een gemengde steekproef van basisschoolleerlingen en leerlingen uit het speciaal (basis)onderwijs (Fossen, 2005).
100 is het absoluut gemiddelde en ongeveer 66% van alle kinderen scoort tussen 85 en 115. Dat is dus 15 punten onder en 15 punten boven dat gemiddelde.
"Onderzoek heeft uitgewezen dat intelligentie grotendeels bepaald wordt door onze genen en onze omgeving, maar ook andere factoren kunnen een rol spelen." Om de genetische component voor intelligentie te bepalen, bestudeerden wetenschappers in het verleden al meermaals het IQ van tweelingen.