Dient een wethouder verplicht te wonen in de gemeente waarin hij of zij is benoemd? In beginsel dient de wethouder in de gemeente te wonen waar hij of zij wethouder is. De gemeenteraad kan echter voor de duur van een jaar ontheffing verlenen van het vereiste van ingezetenschap.
Benoemen wethouders
De partijen dragen kandidaat-wethouders voor aan de gemeenteraad. De gemeenteraad benoemt de kandidaat vervolgens tot wethouder. De gemeenteraad controleert het werk van de wethouder. Vindt de raad dat de wethouder zijn of haar werk niet goed doet?
De gemeenteraad is ook het politieke orgaan dat na de gemeenteraadsverkiezingen de wethouders kiest. In regel geldt hun verkiezing/benoeming voor een periode van vier jaar, gelijk aan de zittingstermijn van de gemeenteraad. De functie van wethouder bestaat sinds 1813.
Maximum: Het maximum aantal wethouders in een gemeente is afhankelijk van het aantal raadsleden dat de betreffende gemeente kent (art. 8). Het maximum aantal wethouders dat de raad kan benoemen, bedraagt ten hoogste 20% van het aantal raadsleden. De raad van de grootste gemeenten kan maximaal negen wethouders benoemen.
Op basis van artikel 49 van de Gemeentewet kan de raad het vertrouwen opzeggen in een wethouder en desgewenst besluiten tot ontslag. Als die procedure wordt gevolgd, dan gaat het ontslag per direct in. De raad dient daaraan een ontslagbesluit ten grondslag te leggen.
Hoeveel verdient een wethouder? – Een wethouder verdient bij benadering tussen de € 1561 (laag) en € 9098 (hoog) aan salaris (bruto). Dit komt erop neer dat je als wethouder een netto salaris verdient van tussen de €1464.08 (laag) en € 5302.56 (hoog) per maand gerekend met gemiddelde uren van een werkweek van 40 uur.
Een wethouder mag 14 procent van het salaris 'gratis' bijverdienen. Van het geld dat de bestuurder boven dat bedrag verdient, wordt een deel ingehouden op het loon. De gedachte hierachter is dat het wethouderschap de hoofdbaan moet zijn en geen bijbaan.
De gemeenteraad bepaalt waar het bestuur zich op hoofdlijnen mee bezighoudt. En controleert het college van burgemeester en wethouders (college van B&W).
Aanstelling wethouders
Wethouders worden aangesteld door de gemeenteraad. Meestal gebeurt dit naar aanleiding van het aantreden van een nieuw college dat wordt gevormd door een nieuwe coalitie na de gemeenteraadsverkiezingen.
De gemeente betaalt de salarissen en de hoogte daarvan wordt vastgesteld a.d.h. van het aantal inwoners van de gemeente. Dit is wettelijk vastgesteld.
Wethouders en burgemeesters oefenen hun functie wel fulltime uit. Soms is echter afgesproken dat een bepaald wethouderschap een deeltijdbaan is of worden twee 'duo-wethouders' op één portefeuille gezet.
Hoewel je geen specifieke opleiding nodig hebt om wethouder te worden, zijn de volgende opleidingen wel erg interessant om kennis op te doen en bestuurskundige competenties te ontwikkelen: Bedrijfsvoering binnen de overheid. Bestuur van een maatschappij. Bestuurlijke aanpak van ondermijning.
Het ambt van burgemeester is onverenigbaar met onder meer het ambt van minister, staatssecretaris, lid Raad van State, lid Algemene Rekenkamer, Nationale Ombudsman, Commissaris van de Koning(in), gedeputeerde, lid gemeenteraad en wethouder.
De burgemeester is voorzitter van B&W. Iedere wethouder heeft een eigen beleidsterrein (portefeuille), bijvoorbeeld financiën, verkeer, milieu, welzijn of volkshuisvesting. Het bepalen van het beleid gebeurt echter in het college van B&W. Het college doet voorstellen aan de gemeenteraad en verdedigt die daar.
Een raadslid houdt zich bezig met vaststellen van beleid op hoofdlijnen en ziet toe op een goede uitvoering van het beleid. De wethouders worden vervolgens door de gemeenteraad benoemd. De raad is geheel vrij in haar keuze voor een wethouder.
Nederlandse burgemeesters dragen (in bepaalde omstandigheden) een ambtsketen en worden benoemd voor een ambtsperiode van zes jaar. Na afloop van die termijn van zes jaar zijn zij telkens weer voor zes jaar herbenoembaar.
Een wethouder die drie maanden werkte, krijgt zes maanden wachtgeld. Tussen drie maanden en twee jaar volgt twee jaar wachtgeld. Heeft de wethouder langer dan twee jaar gewerkt, dan ontvangt deze drie jaar en twee maanden wachtgeld.
Op basis van 1,0 FTE verdient een wethouder bij een middelgrote gemeente (40.001 – 60.000 inwoners) €6.864 en een raadslid €2837. In dat geval verdient de wethouder nog altijd 2,5 keer meer dan het raadslid.
De gemeenteraad is het hoogste bestuursorgaan in de gemeente. De leden van de gemeenteraad (raadsleden) nemen alle beslissingen die voor de gemeente van belang zijn. Bijvoorbeeld over onderwijs, nieuwbouw of de hoogte van de belastingen.
Het college van burgemeester en wethouders vormt het bestuur van de gemeente. De burgemeester is de voorzitter van het college van B en W. Het aantal wethouders is evenals het aantal raadsleden afhankelijk van het aantal inwoners van de gemeente: minimaal twee en maximaal negen.
Het maximale salaris is €12.578,72 bruto per maand. Per jaar komt dit dus neer op €150.944,64 bruto. Dit is exclusief vakantiegeld van 8% en een eindejaarsuitkering van 9,8%.
De burgemeester wordt op grond van de Gemeentewet na de aanbeveling door de gemeenteraad benoemd door de Kroon (bij Koninklijk besluit) en kan ook worden ontslagen bij koninklijk besluit.
Hoeveel verdient een wethouder? – Een wethouder verdient bij benadering tussen de € 1561 (laag) en € 9098 (hoog) aan salaris (bruto). Dit komt erop neer dat je als wethouder een netto salaris verdient van tussen de €1464.08 (laag) en € 5302.56 (hoog) per maand gerekend met gemiddelde uren van een werkweek van 40 uur.
Raadsleden verdienen dit jaar minimaal 1081 euro per maand. In de grootste gemeenten loopt dit bedrag op tot zo'n 2650 euro per maand. Dat blijkt uit een analyse van LocalFocus/ANP op basis van gegevens van het statistiekbureau CBS en de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden.