Sommige vogels, met name insecteneters, halen veel van het water dat ze nodig hebben uit hun voedsel en hoeven soms maar één of twee keer per dag te drinken. Zaadeters daarentegen moeten veel vaker drinken omdat in hun voedsel maar heel weinig vocht zit en ze dit dus moeten aanvullen.
Vogels zijn bang voor diep water, dus houd daar rekening mee. Ze drinken en poedelen het liefst in een badje dat lijkt op een regenplas. Neem daarom een platte schaal, diep bord, koekenpan, bloempot-onderzetter of nog iets anders met lage zijkanten, dat in het midden niet dieper is dan vijf centimeter.
Wanneer ze het warm hebben, openen ze hun bek en hijgen ze. Een beetje zoals honden doen. Om het water dat ze verliezen te compenseren, moeten ze dus veel drinken. De meeste vogels moeten 1 à 2 keer per dag drinken.
Vogels hebben water nodig
Vogels zijn warmbloedig en de lichaamstemperatuur ligt rond de 40 graden Celsius. Vogels hebben water nodig, als voedingsstof, bouwstof, transportmiddel voor zuurstof en afvalstoffen. Insecteneters hebben minder water dan zaadeters nodig omdat insecteneters al vocht halen uit hun voedsel.
Winter: voer en water
Bij lichte vorst mag u vers drinkwater aanbieden. Vogels badderen daar ook in. Dit is geen probleem: het water rolt van de ingevette veren, dus bevriest niet. Zoang ze open water vinden in de natuur, mogen ze ook open water vinden in de tuin.
Een vogel kan dus niet zoals de mens, hond en kat vele dagen tot weken zonder eten. Dit geldt wat minder voor de hele grote vogels dan voor de kleine vogeltjes. Een dag niet eten en drinken betekent voor een klein vogeltje al vaak dat ze flink verzwakt zijn.
Vogels drinken 5-10% van hun lichaamsgewicht per dag, afhankelijk van de omstandigheden. Bij kleinere vogels is de vochtopname relatief groter.
Voor vogels en andere dieren is water in winter net zo belangrijk als in de zomer. Als het niet sneeuwt, is er in dit seizoen ook moeilijk water te vinden, waardoor vogels in de problemen kunnen komen. Zet dus zeker een kommetje water buiten.
Vogels houden van een gevarieerde tuin met inheemse planten en struiken, bessen, insecten, een lapje gras en liefst niet al te netjes. Daar vinden ze volop voedsel. U kunt daarnaast het gehele jaar bijvoeren.
In de natuur zijn vogels 8 uur per dag aan het zoeken naar voedsel, wat in de huiskamer niet nodig is. Ze eten twee keer per dag in de ochtend en in de avond.
Plaats je waterschaal niet op een plek waar deze snel vies kan worden. Zo kan een plekje in de zon zorgen voor een snellere algengroei. Zorg daarom voor een windstille, maar enigszins beschutte plek. Daarnaast kan een waterbak wat lager hangt dan 1 meter hoog snel vies worden door opstuiving van zand en grond.
Vogels zijn grote eters. Ze moeten over onbeperkt voer beschikken. Maar vogels zijn ook kieskeurige eters. Ze eten bijvoorbeeld alleen het binnenste van de zaden.
Geef je vogel speelgoed
Vogels houden van spelen en het geven van leuk en uitdagend speelgoed aan je vogel zal hem blij maken. Geef je vogel klimspeelgoed en speelgoed dat kleurrijk is en/of geluid maakt. Geef je vogel een schommel en zorg voor genoeg zitstokken in de kooi.
Maak schaduw boven nestkasten
Om oververhitting te voorkomen, moeten nestkasten eigenlijk altijd op een koele, schaduwrijke plaats hangen. Maar hangt een nestkast in uw tuin onverhoopt toch in de zon, probeer er dan wat schaduw boven te maken. Dat kan bijvoorbeeld met een parasol, paraplu of laken.
Plaats een bakje met een laagje water in de kooi. De meeste vogels vinden het lekker om even te baden. Bij warm weer kan je de vogelkooi beter op de grond plaatsen. Let wel op met andere huisdieren en kinderen!
Regen deert de meeste vogels niet erg. Ze gaan gewoon door met voedsel zoeken, met vliegen of zingen. Bij noodweer zullen vogels een schuilplaats zoeken. Voor zeevogels is dat onmogelijk, maar die kunnen wel tegen een stootje.
Het voedsel moet nu meer kalk en eiwit bevatten, bijvoorbeeld meelwormen of fijngestampte eierschalen. Vetbollen en pinda's bied je nu beter niet meer aan. In de zomer gaan vogels zelf op zoek naar de wormen en insecten die ze nodig hebben. Help hen door boeiende planten in je tuin planten die insecten lokken.
Kou kost vogels extra energie om warm te blijven. Ze beschikken over een uitstekende isolatielaag; dons geldt als een van de best isolerende materialen ter wereld en de buitenlaag van veren maakt dat vogels veel kunnen hebben. Maar de interne kachel moet wel blijven branden en daar is voedsel voor nodig.
Overvoeren kan bijna niet, omdat vogels stoppen met eten als ze verzadigd zijn. Maar als de hele tuin al vol ligt of staat met voedsel, kun je natuurlijk best even wachten met bijvoeren. En geen zorgen, vogels zullen het zelf zoeken van voedsel heus niet verleren: dit zit namelijk in hun genen.
De Voeding. Zoals alle levende wezens hebben ook grasparkieten water nodig. Grasparkieten drinken niet zo veel, maar ze moeten altijd een gevuld drinkbakje tot hun beschikking hebben. Het beste is als uw grasparkiet een gesloten drinkbakje heeft.
Een kip drinkt gemiddeld 140 ml per dag. Een kanarie ongeveer 5 ml per dag. Het is door het soortgelijke gewicht van de dieren dat ze meer of minder innemen.
Leg daar klokhuizen op of ander fruit dat je over hebt. Een overrijpe banaan bijvoorbeeld. Daar komen allerlei vogels op af zoals merels. Wel regelmatig de tafel schoonmaken.
Geen (oud) brood!
In brood zit zout en dat zout is niet goed voor vogels. Soms zit op het brood boter/margarine. Daar krijgen watervogels diarree van en de olie die in het brood zit komt in het verenkleed te zitten. Brood dat blijft liggen gaat bovendien schimmelen en trekt dieren zoals ratten aan.
Veel keukenrestjes zijn prima en kan je geven aan de tuinvogels. Wat je niet mag geven zijn restjes met veel zout of kruiden of restjes die beschimmeld zijn. Vetrandjes, gekookte aardappelen, gekookte rijst of fruit zullen je tuinvogels heerlijk vinden en zijn ook nog eens goed voor ze.