“Slachtoffers kunnen binnen een half uur al de eerste effecten ervan ondervinden en sommigen overlijden binnen twee uur.” Veel mogelijkheden zijn er niet na een beet van een giftige slang. “Er is op dit moment maar één optie en dat is antigif.
Als u bent gebeten door een slang die neurotoxisch gif afgeeft (een gif dat het zenuwstelsel aantast), kunnen uw klachten variëren van hangende oogleden tot krachtverlies in de ledematen en verlamming van de ademhalingsspieren. De adders in Nederland vallen onder deze categorie gifslangen.
De irritatie geeft jeuk, zwelling, pijn, roodheid en soms blaren. De meeste verschijnselen verdwijnen in een kwartier.
Slangengif werkt op het zenuwstelsel of op de bloedstolling. Het kan je bloed acuut doen stollen. Door de vele klonten vallen je organen uit en kan je hart niet meer kloppen. Je overlijdt aan trombose.
Gelukkig is de opname van CO een evenwichtsreactie: in een CO-vrije ruimte wordt de CO weer vervangen door zuurstof. Dit gaat erg traag: pas na 4 uur is de helft van de CO verdwenen. Bij toedienen van zuivere zuurstof gaat het sneller.
De dieren leven vooral op droge heideterreinen en hogere zandgronden, zoals de Veluwe, het Dwingelderveld, de Peel en het Fochteloërveen.
Bij 3 op 4 slachtoffers treden slechts lokale symptomen op; 1 op 4 daarentegen vertoont meer ernstige vergiftigingsverschijnselen. De laatste jaren werd in ons land geen enkele adderbeet met dodelijke afloop gerapporteerd.
Op de flanken hebben gladde slangen vaak bruine soms zelfs roodachtige vlekken. De gladde slang is niet giftig maar kan bij verstoring wel luid sissen en bijten. Gladde slangen eten voornamelijk andere reptielen, met name hagedissen.
De inlandtaipan is de giftigste slang ter wereld en leeft in het midden van Australië. Hij kan 20 jaar oud en 3 meter lang worden. Een beet van de inlandtaipan bevat genoeg gif om 100 mensen, 250.000 muizen of twee Afrikaanse olifanten te doden.
Het kan zijn dat een giftige slang is ontsnapt bij iemand. Bel altijd 112 bij een slangenbeet en voorkom dat het slachtoffer het getroffen lichaamsdeel beweegt. Door beweging verspreidt het gif sneller door het lichaam.
Slangen zijn roofdieren. Ze worden zelf ook door roofdieren aangevallen. Roofvogels, vossen en krokodillen eten slangen of eieren van slangen.
Giftige slangen zijn te herkennen aan hun driehoekige kop. De klieren, gevuld met gif, bevinden zich namelijk aan de achterkant van de kop en geven het hoofd die bijzondere vorm.
Spieren zorgen ervoor dat het gif uit de gifklieren door de holle tanden in de wond wordt geïnjecteerd. Bij mensen treden na een beet lokale verschijnselen op als pijn, tintelingen, zwelling en verkleuring. Algemene verschijnselen zijn onder meer misselijkheid, braken, diarree, zweten en bloedingen.
Je kunt daarvoor de lokale politie of andere politie-eenheid of direct het noodnummer 112 bellen. De agent of specialist zal de slang proberen te vangen en deze meenemen naar een afgelegen deel om deze weer vrij te laten.
Wereldwijd sterven jaarlijks tussen de 81.000 en 138.000 mensen aan een slangebeet, volgens de Wereldgezondheidsorganisatie. Die noemt het een van de meest verwaarloosde tropische aandoeningen.
De adder komt voor op de hoge zandgronden van Nederland met uitzondering van de duinen. Er zijn momenteel nog twee grote min of meer aaneengesloten leefgebieden van de adder, gelegen in Friesland en Drenthe en op de Veluwe. Daarnaast is de soort nog aanwezig in Overijssel en Limburg (Meinweg).
Het is de grootste slang in Nederland (tot 1,20 m). Hij is niet giftig en bijt zelfs niet als hij gevangen wordt. Om aan belagers te ontkomen kan de ringslang zich schijndood houden.
Nederland kent drie inheemse soorten: de ringslang, de adder en de gladde slang.
De ringslang (Natrix natrix) is een slang uit de familie waterslangen (Natricidae). Het is een van de algemeenste soorten waterslangen. De ringslang is de grootste slang in Nederland. In de regel bereiken vrouwtjes een lengte van 100/120 cm, mannetjes worden maximaal 90 cm.
Dit zijn vooral eilanden als Ierland, IJsland en een aantal eilanden in de Grote Oceaan. Ook komen geen slangen voor op het zuidelijkste puntje van Zuid-Amerika, op Antarctica en in uiterst noordelijk Europa en Azië en noordelijk Noord-Amerika, dicht bij de Noordpool.
Ook heeft een slang geen uitwendige oren zoals zoogdieren hebben. Ze kunnen dus niet horen maar wel geluiden met een lage frequentie waarnemen. De slang voelt trillingen met zijn tong. Aan de hand van de sterkte van de trilling kan de slang inschatten of een vijand dichterbij komt.
Houd gras en struiken kort.
Hoewel het eenvoudig klinkt, zoeken deze reptielen koele plaatsen om zich te verbergen. Daarom is hoog gras een perfecte plek voor ze. Door het te maaien ontstaat een onbedekte plek die voor de meeste slangen onsmakelijk is.