Een kalf is het jong van een koe, maar bij andere grote zoogdieren wordt de aanduiding ook gebruikt.
De benamingen van runderen in hun verschillende levensfases verschillen ook hier en daar. Over de eerste fase is iedereen het wel eens: het kleintje dat geboren wordt, is een kalf. Is het een vrouwelijk kalf, dan is het een vaarskalf, bij een mannelijk kalf spreken we van een stierkalf.
Kalfsvlees is van jonge runderen. De leeftijd ligt doorgaans rond de 6 tot 7 maanden. Een kalf is tot 1 jaar een kalf, daarna wordt het een rund genoemd.
Een jonge koe die voor het eerst zelf een kalfje heeft gekregen heet een vaars. En als het dier nog meer kalfjes heeft gekregen, dan heet ze een koe! Alleen als een koe een kalfje heeft gekregen, geeft ze melk. Na de geboorte van het kalfje geeft ze ongeveer 10 maanden melk.
Per betekenis:
1.0 : jong rund. 1.1 : voorstelling van een kalf in de vorm van een foto, … 1.2 : vlees van kalveren. 2.0 : jong van sommige zoogdieren.
Een vrouwelijk kalf wordt ook wel een vaarskalf of kuis genoemd, en mannelijk kalf een stierkalf of bul.
Nuka – nuchter kalf, ongeveer 1 week oud, alleen met biest gevoed; Kalf – jong dier, ook wel 'kuuske' genoemd (stierkalf = mannelijk, vaarskalf = vrouwelijk);
Een pink is een eenjarig rund. Het jonge rund is dan geen kalf meer, maar moet nog volwassen worden. Een andere benaming voor een eenjarig rund of paard is "enter".
Een kween is een vrouwelijk rund waarbij in meer of mindere mate geslachtskenmerken van een stier aanwezig zijn.
Het werd meestal geschreven als koen of coen, maar dit werd uitgesproken als 'koe-uhn'. Deze vorm koen/coen had twee problemen: ten eerste was hij niet zo gemakkelijk uit te spreken, en ten tweede was hij lastig herkenbaar als meervoud van koe/coe. Daarom werd er een i ingevoegd als overgangsklank.
Een koe is een vrouwtjesrund en een mannetjesrund noemen we een stier.
Een vrouwelijk rund wordt een koe genoemd, een mannelijk rund een stier of een bul. Een gecastreerde stier is een os. Een jonge koe is een kalf; eventueel koekalf of stierkalf om het geslacht aan te duiden.
Zelfs met vetbult nog klein
Het kleinste wilde rundvee-ras ter wereld is de dwergzeboe (zie hieronder). Dit familielid van de koe wordt zo'n 80 tot 100 centimeter groot, en dat is inclusief de vetbult op de rug.
jonge koe - Woordfeit: Vaars gaat terug op het Middelnederlandse woord verse (of veerse) en op oudere Germaanse woorden die allemaal `jonge koe` betekenen.
Een vaars is een jongvolwassen koe (vanaf 1,5 jaar) die gedekt is, maar nog geen tweede kalf heeft gekregen. Een vaars wordt ook wel een "eerste kalfskoe" genoemd.
Koeien kunnen 330º in de rondte kijken. Ze kunnen de kleuren geel, groen en blauw zien, maar rood kunnen ze minder goed zien.
Een melkkoe moet hard werken. Elke dag opnieuw. Ze geeft gemiddeld 9.200 liter melk per jaar, met uitschieters boven de 14.000 liter. Dat kost ontzettend veel energie en dat houdt ze dan ook niet lang vol.
Een koe ligt veel - zo'n tien tot vijftien uur per dag is ze aan het herkauwen, rusten, dommelen - maar ze slaapt slechts drie uur per dag en daarvan is ze een uur tot anderhalf uur in een diepe slaap, de zogeheten REM-slaap (1).
Een koe krijgt haar eerste kalf als ze ongeveer 2 jaar oud is. Vervolgens krijgt ze ieder jaar een kalf om de melkproductie op gang te houden. Koeien die dit hoge tempo niet kunnen bijhouden worden 'slijters' genoemd en worden op de leeftijd van 3 of 4 jaar geslacht.
De meeste vleeskalveren in Nederland – de witvleeskalveren – worden al op de leeftijd van zes maanden geslacht. Rosékalveren worden geslacht als ze acht à negen maanden oud zijn. Het kalfsvlees is grotendeels bestemd voor de export.
Rosé rundvlees is buitengewoon hoogwaardig rundvlees van Nederlanse bodem. Het vlees wordt doorgaans naar het buitenland geëxporteerd, maar is nu exclusief verkrijgbaar bij Harries Vlees. Rosé rundvlees dankt zijn zachte smaak, fijne structuur en ultieme malsheid aan het leven dat de jonge rund heeft geleid.
Een eerstekalfskoe (een koe die in haar leven tot nog toe 1 kalf heeft gekregen) heet een 'vaars', een tweedekalfskoe heet een 'schot', daarna zijn de bijnamen op, en heet de koe gewoon koe.
bn., 1. (van vee) niet drachtig: een guste koe; (ook) niet meer melk gevend, droogstaand; (jacht) guste hoenders, patrijzen zonder jongen; (van ooftbomen) geen vruchten dragende; 2. (fig.) guste kost, schrale, magere kost.
kalf - kalveren. kind - kinderen (ook wel: kinders)