Het voedsel moet nu meer kalk en eiwit bevatten, bijvoorbeeld meelwormen of fijngestampte eierschalen. Vetbollen en pinda's bied je nu beter niet meer aan. In de zomer gaan vogels zelf op zoek naar de wormen en insecten die ze nodig hebben. Help hen door boeiende planten in je tuin planten die insecten lokken.
Vogels gebruiken het hele jaar veel energie. In de winter om zich op temperatuur te houden, in het voorjaar om eieren te leggen en hun jongen groot te brengen. En in de herfst bouwen ze reserves op voor de winter. U kunt ze dus het hele jaar bijvoeren.
Geen (oud) brood!
In brood zit zout en dat zout is niet goed voor vogels. Soms zit op het brood boter/margarine. Daar krijgen watervogels diarree van en de olie die in het brood zit komt in het verenkleed te zitten. Brood dat blijft liggen gaat bovendien schimmelen en trekt dieren zoals ratten aan.
Havermout: havermout kan je zowel als strooivoer op de grond gebruiken als op de voedertafel. Zaadeters zoals mussen, mezen, vinken, groenlingen en roodborstjes houden hiervan. Meelwormen en insecten: bevatten veel proteïnen en zijn bijzonder voedzaam voor vogels.
Veel keukenrestjes zijn prima en kan je geven aan de tuinvogels. Wat je niet mag geven zijn restjes met veel zout of kruiden of restjes die beschimmeld zijn. Vetrandjes, gekookte aardappelen, gekookte rijst of fruit zullen je tuinvogels heerlijk vinden en zijn ook nog eens goed voor ze.
Koop nooit 'mensen-pinda's' en 'mensenpindakaas' voor vogels. Vaak zit er zout bij en dat is echt slecht voor vogels. Er is niet voor niets speciale vogelpindakaas te koop. Zelfs ongezouten pinda's uit de supermarkt zijn niet hetzelfde als voerpinda's.
Gevaar op verstrikking
Het plastic net om de vetbol heen is extreem gevaarlijk voor vogels, omdat ze hier met hun pootjes of snavel in verstrikt kunnen raken. Vogels kunnen dan sterven van de honger, dorst en uitputting. Ook kunnen wat grotere vogels, zoals meeuwen, de hele bol met net en al in één keer doorslikken.
Vogels houden van een gevarieerde tuin met inheemse planten en struiken, bessen, insecten, een lapje gras en liefst niet al te netjes. Daar vinden ze volop voedsel. U kunt daarnaast het gehele jaar bijvoeren.
Onze eigen fruitvoorkeuren zoals appels, aalbessen, druiven en natuurlijk kersen worden door veel vogels gezien als een cadeautje. Met meer exotisch fruit zoals kiwi duurt het even voordat ze doorhebben dat daar ook niks mis mee is.
Wat je vogels het beste kunt voeren, verschilt per jaargetijde. Zo hebben vogels in het voorjaar en in de zomer vooral behoefte aan eiwitrijk voedsel, zoals insecten, meelwormen en rupsen. In het najaar en de winter hebben ze juist meer baat bij vitamines en vetrijk voedsel, zoals bessen, noten, pinda's en vetbollen.
Leg daar klokhuizen op of ander fruit dat je over hebt. Een overrijpe banaan bijvoorbeeld. Daar komen allerlei vogels op af zoals merels. Wel regelmatig de tafel schoonmaken.
Geschikte rauwe groenten en kruiden zijn bijvoorbeeld basilicum, munt, witlof, erwten, aubergine, courgette en paprika. Geef nooit avocado, koolsoorten, aardappels, rabarber of groene bonen.
Mussen, vink en groenling
Voedsel: onkruid-zaden, zonnepitten, Premium voedertafelmix, pindablokken, wat bruin broodkruimels en Premium pinda's. Voerplaats: op de grond, eventueel voedertafel.
Bied ongezouten (slingers) pinda's, zonnebloempitten of een zadenmix aan op een rustige plek in de tuin, bijvoorbeeld op een voedertafel. Tip: hangende vetbollen (niet in plastic) zijn handig om te voorkomen dat grotere vogels alles wegkapen voor kleintjes als de koolmees en de pimpelmees.
Er is speciaal vogelvoer voor tuinvogels te koop, maar je kunt ook voeren met zonnebloempitten, tarwe, kippenvoer, mais of meelwormen. Hang in de tuin of op het balkon een vetbol en leg wat ongebrande pinda's, rozijnen, speciale vogel pindakaas, of fruit neer op een plankje of in een vogelhuisje.
Het vogelhuisje is niet op de juiste plek geplaatst.
Vogels hebben vaak specifieke eisen voor hun leefomgeving, dus het is belangrijk om te weten welke soort vogel je wilt aantrekken en welke omgeving zij prefereren. Een roodborstje zal zich niet snel vestigen in een tuin waar geen bomen of struiken aanwezig zijn.
Veel voedsel
Vooral zaadeters zoals mezen en vinken laten zich voorlopig maar moeilijk verleiden tot een tuinbezoek. Logisch: met een topjaar voor beukennootjes en een ruim aanbod van bessen is er relatief veel voedsel te vinden in de natuur.
Zo werkt het. Je smeert de rol in met pindakaas en rolt hem door het vogelzaad. Hang hem om een tak (eventueel met een touwtje) of leg hem naar, pak je camera en wacht op de vogels! Bij ons werkt de pinda-truc heel goed!
Geef geen voedsel waarin zout is verwerkt of kaas of brood. Voedsel dat makkelijk bevriest, zoals appels, voeder je best als geheel en niet in kleine stukjes.
Gewone pindakaas is te zout voor ze. Vul eens een dennenappel met de kleverige pasta en hang 'm buiten. In de herfst en de winter kunnen vogels wel wat extra gebruiken. Maak daarom een lekkere snack voor ze met vogelpindakaas.
Per 100 gram. Samengevat, is broccoli zeker de moeite waard om aan de vogels te verstrekken. Ook hier geldt, met mate, één maal per week is voldoende. Broccoli bevat redelijk veel vocht, water 90 gram per 100 gram, te veel geven kan diarree veroorzaken.
Welke vogels eten vogelpindakaas? Mezen, mereltjes, vinken, kleine koolmeesjes, mussen en eigenlijk zijn de meeste tuinvogels dol op pinda's en dus ook pindakaas voor vogels. Het zijn meestal kleine vogeltjes die op echte vogelpindakaas afkomen.
Hoewel het misschien wat cru klinkt, bevat een gekookt ei veel essentiële voedingsstoffen voor vogels. Wil je ze extra goed op weg helpen, plet dan ook de eierschalen en leg dit samen met het gekookte eitje buiten. De eierschalen zijn namelijk een bron van calcium, wat goed is voor broedende vogels.