Goede ventilatie van de meterkast is belangrijk en indien de meterkast een voorziening voor gas heeft, zelfs verplicht. Bij een gesloten meterkast moeten dan ook aan de boven- en onderzijde, bij voorkeur spleetvormige ventilatie-openingen aanwezig zijn, elk met een vrije doorlaat van tenminste 100 cm2.
VENTILATIE METERRUIMTE
Het Bouwbesluit stelt eisen aan de ventilatiecapaciteit van de meterruimte. Boven- en onderin de deur van de meter- ruimte moeten ventilatieopeningen zijn aangebracht die volgens NEN 2768 elk een minimale capaciteit van 200 cm2 hebben.
Een nieuwe meterkast moet minimaal 240 centimeter hoog zijn. De minimale breedte voor de meterkast is 77 centimeter en de minimale diepte hiervan is 35 centimeter. Deze richtlijnen gelden zowel voor de laagbouwwoningen, als ook voor hoogbouw tot een maximum van 70 meter.
De meterruimte moet vanaf de toegangsdeur direct door de hal of gang bereikbaar zijn. De afstand tussen toegangsdeur en meterruimte is maximaal 3 meter*. Voordeur en meterruimte liggen ook op hetzelfde niveau. Deze regel is er om te zorgen dat de brandweer bij eventuele calamiteiten ongehinderd in kan grijpen.
Mechanische ventilatie zorgt voor de afvoer van vervuilde binnenlucht en de aanvoer van verse buitenlucht. Het kan zijn dat de groep of schakelaar zich in de meterkast bevindt; deze is dan voorzien van een gele sticker met een afbeelding van een ventilator.
Bereken hoeveel groepen de groepenkast nodig heeft
Dit vanwege het toenemende aantal elektrische apparaten in huis en dus de toenemende vraag naar vermogen. De meeste groepen zijn overigens 16 Ampère en achter elke aardlekschakelaar mogen maximaal 4 groepen geplaatst worden.
Als huiseigenaar bent u zelf verantwoordelijk voor de veiligheid van de gasinstallatie en elektra-installaties in huis. Huurt u een woning? Dan is uw verhuurder of woningcorporatie verantwoordelijk. Vanaf uw energiemeter is de huiseigenaar verantwoordelijk voor de installaties.
De groepenkast vormt immers het centrale punt in uw woning waar de stroom binnenkomt en wordt verdeeld. Hierbij mogen geen fouten worden gemaakt. Mag u eigenlijk zélf een groepen kast vervangen? Ja, dat mag, maar het is veel veiliger om dit te laten doen door een Erkend Installateur.
De elektricien of installateur kan de meterkast ook keuren. Hij moet voldoen aan de NEN1010: dat zijn de eisen voor een elektrische installatie. Wanneer de kast voldoet aan de eisen, is de kans op een meterkastbrand erg klein.
Wat kost een meterkast vervangen. De gemiddelde kostprijs van een meterkast vervangen wordt onder ander bepaald door het soort meterkast dat moet worden geïnstalleerd. Gemiddeld kun je rekenen op kosten van €360 tot €850 voor een 1-fase groepenkast tot €540 tot €880 voor een 3-fase meterkast.
Het aantal groepen moeten minimaal worden verdeeld over 2 aardlekschakelaars en een nieuwe groep moet altijd achter de aardlek worden gemonteerd. Bij huisinstallaties mogen maximaal 4 groepen achter één aardlekschakelaar. Leest u hier alles over het aansluiten van een aardlekschakelaar.
De groepenkast is in feite de behuizing waarin eenvoudig verschillende componenten kunnen worden geplaatst, zoals de hoofdschakelaar, losse groepen, aardlekschakelaars, installatieautomaten, fornuisgroepen voor elektrisch koken, beltrafo's en meer. Er is veel mogelijk.
Je mag met gelijkstroomventilatie uitgaan van een gemiddeld verbruik van 3 watt per uur op de laagste stand. in de hogere standen verbruikt gelijkstroomventilatie zo'n 50% minder dan wisselstroomventilatie. Je kunt in deze standen dus ongeveer rekenen op een verbruik van 35 tot 50 watt per uur.
Ventilatie en verluchting zijn belangrijk om de binnenlucht gezond te houden. Nieuwe woningen of verbouwde woningen zijn zo goed geïsoleerd dat u een ventilatiesysteem of ventilatieroosters nodig hebt.
Bij een nieuwbouw of ingrijpende energetische renovatie is mechanische ventilatie wettelijk verplicht. Je kan daarbij kiezen uit de mechanische ventilatiesystemen C (+) of D.
Wilt u zonnepanelen laten installeren, maar heeft u nog een ouderwetse stoppenkast? Dan is dit het moment om uw elektrische installatie volledig te laten aanpassen en direct een nieuwe groepenkast bij uw zonnepanelen te nemen.
Veel oudere woningen hebben een groepenkast die nodig aan vervanging is. Schakelaars branden in en aardlekschakelaars verouderen en weigeren dienst wanneer dat nodig is. Dit kan levensgevaarlijke situaties veroorzaken. Onze groepenkasten gaan gemiddeld tussen de 20 en 25 jaar mee.
Vroeg of laat moet je die stoppenkast vervangen door een groepenkast om stroomproblemen voor te zijn. Je kunt dit zelf doen óf het overlaten aan een specialist. We raden je dat laatste aan, tenzij je zelf erg handig bent met het veilig en zeker aanleggen van elektrische installaties.
Voor bijna alle gebruiksfuncties (met uitzondering van de lichte industriefunctie, andere overige gebruiksfunctie en bouwwerk geen gebouw zijnde) eist het Bouwbesluit in artikel 2.47 en 2.48 een aansluiting op het distributienet van elektriciteit. Een meterruimte is daarom bijna in elk gebouw verplicht.
Uw aansluiting is de verbinding tussen het energienet en de energiemeter(s) in uw meterkast. De aansluitingen en energiemeters zijn eigendom van Liander. Alles boven de meter, zoals de groepenkast, de hoofdschakelaar en de aardlekschakelaar, is uw verantwoordelijkheid.
Alleen de netbeheerder mag een aansluiting aanleggen. De netbeheerder heeft dan ook de plicht om u aan te sluiten.
Voor een zonnepanelen installatie moet de groepenkast voldoen aan de NEN1010 norm. Dit is de laagspanningsnorm voor installaties.
Hoe weet je jouw aansluiting? Je kunt achterhalen of je nu een 1-fase of 3-fase aansluiting hebt, door op je elektriciteitsmeter te kijken. Staat daar 220/230V, dan heb je een 1-fase aansluiting. Een 3-fase aansluiting is te herkennen als er 3x 220/230 of 380/400V op de elektriciteitsmeter staat.
Ook de moedernorm NEN 1010 geeft aan om maximaal vier groepen te plaatsen achter deze schakelaar. De aardlekschakelaar zorgt ervoor dat de installatie spanningsloos wordt wanneer er een te hoge lekstroom optreedt. Kort samengevat houdt lekstroom in dat er meer stroom het apparaat ingaat dan het apparaat uitgaat.