Ze dringen hun prooi binnen en besmetten die met een bacterie uit hun darmkanaal. Deze bacterie vermenigvuldigt zich in de gastheer en zorgt ervoor dat deze stopt met schade aanrichten en uiteindelijk sterft. Aaltjes voeden zich vervolgens met deze zelfde bacteriën waardoor zij zich op hun beurt weer vermenigvuldigen.
De aaltjes kweken zich voort zolang ze larven vinden (en de bodemtemperatuur niet te koud wordt). Pas als de plaag onderdrukt is verdwijnen dus ook de aaltjes, omdat hun voedsel uitgeput is. Hoe meer aaltjes er verspreid worden hoe effectiever de werking, overdosering is niet schadelijk.
Hoe werken aaltjes? Na het toedienen gaan de aaltjes actief op zoek naar een gastheer (larve van het plaaginsect) waar ze vervolgens binnen dringen. De aaltjes scheiden daar bacteriën uit die de gastheer binnen enkele dagen doden. De aaltjes voeden zich met de dode larve, waarna ze zich vermenigvuldigen.
De bodem moet na toepassing tenminste twee weken vochtig gehouden worden, maar niet drijfnat. Aaltjes zoeken het plaaginsect op en dringen naar binnen. Door het afscheiden van bepaalde bacteriën sterft het plaaginsect al na 2-3 dagen.
Aaltjes zijn ontzettend effectief in het bestrijden van plagen als rouwvliegjes, slakken, mieren, motten, rupsen, pissebedden en nog meer. Ontzettend veel dus. Het zijn allemaal verschillende soorten aaltjes met elk hun eigen taak. Er wordt gesproken over schadelijke en nuttige aaltjes.
Na behandeling moet de grond minimum 2 weken vochtig blijven. De bodemtemperatuur moet voldoende hoog zijn om de aaltjes te gebruiken (verschillend van soort tot soort). Toepassen bij bewolkt weer, in de regen of 's avonds, niet in volle zon. De aaltjes kunnen niet tegen de UV-straling van de zon.
Om een maximaal effect te behalen raden we je aan de behandeling binnen twee weken nogmaals te herhalen. Het uitzetten van aaltjes is in principe mogelijk tot de rupsen gaan verpoppen, echter hebben rupsen in hun beginstadium nog geen brandharen waardoor ze veiliger te bestrijden zijn.
Met aaltjes kun je ze pesticidevrij bestrijden. Je kunt ze kopen en zelf kweken.
Instructie uitzetten aaltjes bij kamerplanten
Open de verpakking (1) en voeg de complete inhoud toe aan de hoeveelheid water die de kamerplanten nodig hebben (reken 200 ml per plant). Roer het mengsel 1 à 2 minuten zodat de aaltjes goed verdeeld zijn in het water. Laat het mengsel voor 15 minuten staan (4).
Hoeveel aaltjes heb ik nodig? Voor een toepassing van 10 m² heb je 5 miljoen aaltjes nodig. Behandel je 100 m² heb je 50 miljoen aaltjes nodig. Overdosering is niet mogelijk, je kan dus beter te veel als te weinig aaltjes toepassen.
De eerste aaltjes sterven al na een week en het duurt 2 tot 3 weken vooraleer de volgende generatie uitkomt. De engerlingen komen uit hun ei na 6 weken.
Wanneer je C-green aaltjes verspreidt over de aangetaste plekken, dan zoeken ze de emelten in de grond op. Vervolgens dringen de aaltjes binnen in de larven en gaan ze deze bacterieel vergiftigen. 3 tot 5 dagen na de toepassing stoppen de emelten met eten en sterven ze af.
Er is echter één plant waar dit wortellesieaaltje (wortel-lesie-aaltje) helemaal niet tegen kan: afrikaantjes. Deze plant (Tagetes patula met lieflijke geel-oranje bloemen) heeft in de endodermiscellen van zijn wortels zwavelhoudende verbindingen (thiofenen).
Engerlingen is de verzamelnaam voor larven van verschillende keversoorten. De kevers leggen na het paren eitjes in het gazon, die na enkele weken al uitkomen. In het gazon ontwikkelen engerlingen zich tot ware veelvraten.
Nematoden komen voor in bijna elk type omgeving, van de bovenste laag van de bodem tot diep onder de grond. Ze zijn dus een onmisbare schakel in de voedselketen en hebben invloed op de gezondheid van het ecosysteem. Je hebt nuttige nematoden die stikstof binden en teruggeven aan de bodem.
Aaltjes die tegelijk engerlingen en emelten bestrijden, kan je niet kopen. Tegen emelten wordt namelijk het aaltje Steinernema Carpocapsae gebruikt, terwijl het aaltje Heterorhabditis bacteriophora de engerlingen bestrijdt. Emelten kan je bestrijden met C-green.
Hoe werken aaltjes? Aaltjes zijn natuurlijke vijanden van schadelijke organismen en ze herkennen hun prooi aan de geur. Ze gaan actief op zoek en dringen het insect binnen via de lichaamsopeningen. Eénmaal binnen het insect infecteren ze het met een bacterie, wat uiteindelijk leidt tot de dood.
De aaltjes kunnen in een waterfilm op stengels en bladeren omhoog zwemmen. Ze kunnen zelfs van de ene naar de andere plant bewegen als de bladeren elkaar raken.
Kunnen aaltjes tegen vrieskou? Nee, aaltjes kunnen niet tegen vrieskou. Bij vorst, als de temperatuur onder de 0°C gaat, zullen aaltjes sterven. Bewaar aaltjes dus ook zeker niet in de diepvries.
Vul de emmer met een voedingsbodem, zoals bijvoorbeeld compost of bladeren. Zorg ervoor dat de voedingsbodem vochtig is en dat het warm genoeg is voor de nematoden om te groeien. Plaaginsecten toevoegen: Voeg de plaaginsecten toe in de kweekbak samen met de voedingsbodem.
Aaltjes voeden zich met planten, bacteriën, schimmels en zelfs andere nematoden. Aaltjes zijn de natuurlijke vijand van insectenlarven. Ze gebruiken de larven om zich te voeden en zich voort te planten.
De meeste slakken zullen onder de grond sterven binnen twee weken na toepassing. Aaltjes tegen slakken kunnen zowel in de tuin, siertuin, kas, bloembakken als op de komposthoop gebruikt worden. De aaltjes werken 6 weken om jouw slakkenpopulatie in de grond op te ruimen.
Aaltjes als natuurlijke vijand
Deze beestjes van 1 mm lang zitten van nature in de bodem (soms wel een miljoen per m² grond) en kun je met het blote oog niet zien. Onder de microscoop zijn het echter kleine rondwormen.
Aaltjes bewegen zich voort via het vocht in de bodem. De bodem moet dus vochtig zijn om op zoek te kunnen gaan naar een nieuwe plaag. Aaltjes kunnen niet lang buiten een gastheer overleven dus zodra er geen prooien meer zijn, sterven ze.
Voeg de inhoud (5, 25, 50 of 250 miljoen aaltjes) van de verpakking “Aaltjes tegen engerlingen” toe aan 10 liter water met een temperatuur van 15 tot 20°C. Meng grondig gedurende 1 à 2 minuten. Laat dit concentraat niet te lang staan, gebruik het best verder binnen de 4 uren.