De vliesvleugeligen (bijen, hommels, wespen en mieren) hebben vier vleugels. De bijen hebben voor- en achtervleugels die aan elkaar gehaakt zijn door middel van een rij tandjes zodat de vleugels samen moeten worden bewogen.
Zweefvliegen zijn net als andere vliegen het eenvoudigst te onderscheiden van vliesvleugeligen doordat ze twee vleugels hebben en geen vier, zoals alle bijen, wespen en hommels. Deze familie komt wereldwijd voor op bloemen, vooral schermbloemigen.
Insecten hebben geen, twee of vier vleugels. Ongevleugelde insecten zijn bijvoorbeeld de onderklasse Apterygota of de vlooien, maar de meeste insecten hebben vleugels. Twee vleugels komen voor bij de vliegen (Brachycera) en muggen (Nematocera) in de orde van de Diptera of Tweevleugeligen.
De wesp. De wesp wordt vaak verward met de zweefvlieg (blinde bij). Het grote verschil is hun manier van vliegen, de wesp vliegt ononderbroken, en het aantal vleugels, de wesp heeft namelijk vier vleugels. De wesp draagt bij tot het ecosysteem omdat ze een insectivoor is.
Bijna alle insecten hebben vleugels, alhoewel ze niet door elk insect ook daadwerkelijk gebruikt worden. Sommige vleugels zijn niet (meer) geschikt om mee te vliegen. Insecten zijn de enige ongewervelde dieren die kunnen vliegen.
Hommels hebben twee paar vleugels, dus vier in totaal.
Bijen en wespen hebben altijd vier vleugels en lange antennen. Vaak lijkt het echter alsof ze maar twee vleugels hebben, omdat voor- en achtervleugels over elkaar heen kunnen liggen.
Hoe vervelend ook, het goed is dat ze er zijn (voor je glas heerlijke wijn…). De wespen die wél naar ons toe komen vliegen, komen niet voor ons. Het is de geur van eten en drinken die ze richting ons trekt.
Wespen zijn erg nuttige dieren. Zo bestuiven ze allerlei planten tijdens hun zoektocht naar nectar. Ook zijn het echte opruimers, ze helpen bij het opruimen van kadavers. Tot slot vangen wespen vliegen, dazen en muggen, hiermee helpen ze een insectenplaag te voorkomen.
De hoeveelheid gif die wordt ingespoten hangt af van het insect: bij een bijensteek wordt 50 tot 100 microgram gif ingespoten, voor een wesp varieert dit van 2 tot 10 microgram. Eén steek van een wesp of een bij is meestal niet gevaarlijk, maar kan wel erg pijnlijk zijn.
Vlinders hebben net als andere gevleugelde insecten zoals de kevers, de wantsen en de rechtvleugeligen in de regel vier vleugels. De voorvleugels zijn bij de meeste soorten het grootst.
Spinnen hebben nooit vleugels maar kunnen vaak wel een stuk zweven. Dat doen ze met de spinragdraden die ze zelf maken. Spinnen hebben ook geen voelsprieten maar palpen. Dat zijn wel net als voelsprieten uitsteeksels waarmee ze hun omgeving aftasten.
Ze hebben vier dezelfde vleugels waarmee ze rustig vliegen. Echte libellen zijn steviger gebouwd, hun achtervleugels zijn breder dan de voorvleugels en ze vliegen snel en behendig.
Een wespenkoningin is de 'mama' van alle wespen in een nest. Ze wordt al als koningin geboren. Ze groeit op, ze vliegt uit en ze paart met een mannetjeswesp (die kort daarna overlijdt). Hierna zoekt ze een plek op waar ze kan overwinteren.
Officieel spreekt men bij een vliegtuig van één vleugel, bestaande uit twee vleugelhelften. Een dubbeldekker heeft dus twee vleugels, niet vier. Bij sommige sportvliegtuigen komt dat overeen met de constructie, doordat de vleugel één lange balk is waaraan de romp is opgehangen.
De huisvlieg of kamervlieg (Musca domestica) is een tweevleugelig insect dat behoort tot de familie echte vliegen (Muscidae). De huisvlieg is een van de bekendste soorten vliegen en door haar kosmopolitische verspreiding wellicht ook een van de bekendste insecten.
Doordat wespen een fotografisch geheugen hebben, vinden ze hun nest altijd terug. Dit geheugen helpt ze ook de plaatsen waar veel voedsel aanwezig is te vinden. Op het einde van het seizoen zijn er veel minder larven.
Wespen leven niet alleen op suikers, maar ook op eiwitten. Die eiwitten halen ze vooral uit vlees. Wespen jagen normaal gesproken op vlees van teken of insecten, zoals vliegen en muggen. Maar als er een lekker rauw stukje vlees klaarligt voor op de barbecue, dan is dat voor een wesp natuurlijk een hele mooie kans.
Wespen verjagen met geur
Wespen komen af op vlees en zoetigheid, maar houden niet van de geur van citroen, kruidnagel en geranium. Er is onderzoek gedaan naar geuren waarbij wespen uit de buurt blijven en deze passen goed in een kruidentuin.
Zo lusten verschillende vogels waaronder de gierzwaluw, wespendief en grauwe vliegenvanger graag een wesp. Maar ook kikkers, spinnen en andere insecten zoals libellen doen zich graag tegoed aan een stekelige maaltijd.
Wespen steken alleen als ze zich bedreigd voelen of als hun leefomgeving (nest of aanvliegroute) wordt verstoord. Naar een wesp slaan is dan ook nooit een goed idee, zeker niet als je ook nog eens allergisch bent voor wespensteken.
Kan je bier drinken waar een wesp in heeft gezeten? Een wesp in je drankje kan behoorlijk gevaarlijk zijn! Wespen zijn niet alleen ontzettend irritant, een wespensteek is ook nog eens gevaarlijk. Als je nietsvermoedend een slok van je drankje neemt en je slikt zo'n beest door kan een wesp zelfs dodelijk zijn!
Kevers hebben twee paar vleugels: voor en achter. Het voorste paar is hard en vormt als het ware een pantser voor het lijf. De vleugels achter op het lijf gebruiken de kevers om te vliegen. Dit maakt ze niet zo snel als andere vliegende insecten.
De vleugels zitten ook aan het borststuk. De strontvlieg heeft vier vleugels.