Slapen op de buik verlaagt de wekbaarheid. Leg je baby in ruglig te slapen, ook als je baby hevig huilt of ontroostbaar is. In buiklig is het risico op wiegendood acht keer hoger dan in ruglig, en in zijlig twee keer hoger. Wanneer je kind wakker is, wissel zijn/haar houding voldoende af om de motoriek te stimuleren.
Wiegendood komt echter vooral voor tijdens de eerste zes maanden na de geboorte en meestal niet vlak na de geboorte. Daarnaast is er ook een duidelijke piek zichtbaar in de leeftijdsperiode van 2 tot 4 maand.
De oorzaak van het plotselinge overlijden is bij wiegendood per definitie onbekend. Wetenschappers vermoeden wel dat het om een nog onvoldoende ontwikkelde functie van het ademhalingscentrum in de hersenen zou kunnen gaan.
Het risico van wiegendood is groter voor de jongere baby, die 's nachts bij een ouder in bed slaapt, speciaal als de ouder een roker is, alcohol heeft gebruikt, zeer vermoeid is en onder een dekbed slaapt. Vooral de interactie van samen slapen met roken van de ouders is sterk (McGarvey 2006; Stray-Pedersen 2005).
Is een monitor zinvol? In een beperkt aantal situaties kan je kinderarts of huisarts een verhoogd risico op wiegendood vermoeden en een slaaponderzoek voorstellen. Tijdens dit onderzoek checkt men de ademhaling, hersenactiviteit, oogbewegingen, spieractiviteit, het hartritme en het zuurstofgehalte in het bloed.
In 2021 zijn van de 178.506 levendgeborenen 6 baby's overleden (ten opzichte van 11 baby's in 2020 en 13 baby's in 2019) die vallen onder de categorie wiegendood/SIDS (CBS, 2022). Op het eerste gezicht lijkt dit een aanzienlijke daling te zijn, maar dat is helaas niet het geval.
Plots overlijden tijdens slapen. Het plots overlijden van een ogenschijnlijk gezonde baby wordt ook wel het sudden infant death syndroom (SIDS) of wiegendood genoemd. Dat gebeurt tijdens het slapen, zonder duidelijke oorzaak. Dit komt meestal bij baby's na de eerste maand en voor de eerste verjaardag.
Soms overlijden kinderen tussen de 0 en 2 jaar onverwacht in hun slaap, terwijl ze verder gezond leken. Dat heet wiegendood, ook wel 'Sudden Infant Death Syndrome' (SIDS) genoemd. Per maand sterft er in Nederland nog altijd gemiddeld 1 baby aan wiegendood. Dat is er elke maand 1 te veel.
Bij 90% van de huilbaby's wordt geen oorzaak gevonden. Van de resterende 10% lopen de oorzaken uiteen. Het kan zijn dat de zwangerschap of bevalling lastig of zelfs traumatisch is geweest. Een te snelle bevalling schijnt bijvoorbeeld voor een pasgeborene niet prettig te zijn.
Krijg je je baby niet direct wakker? Kriebel je baby onder de voeten. Neem je baby in je armen en ondersteun zijn of haar nek. Schud je baby nooit.
Adem inhouden kan geen kwaad
Je kind gaat vanzelf weer ademen en zal niet stikken. De periode dat de hersenen geen zuurstof krijgen is zo kort dat het geen gevolgen heeft. Om andere, ernstiger oorzaken uit te sluiten, is het verstandig om naar de huisarts te gaan als je kind vaker zulke aanvallen heeft.
Wiegendood is het plots, onverwacht overlijden van een baby die ogenschijnlijk gezond was en waarbij men geen lichamelijke afwijking kan vaststellen die de dood kan verklaren. Wiegendood is niet voorspelbaar. Het treedt op tijdens de slaap, is pijnloos en gebeurt stil.
Tot je kindje echt een duidelijk dag en nachtritme heeft ontwikkeld maakt het niet zoveel uit waar je kindje slaapt overdag. Volg hier vooral je eigen gevoel in. Slaapt je kindje fijn bij jou in de draagzak of doek, bovenop jou in jouw armen, of juist in zijn eigen bedje. Het is allemaal goed.
Een wieg is een veilige slaapplek voor je baby, maar alleen de eerste 3 tot 6 maanden. Je wisselt dan van wieg naar ledikant. Een wieg is niet meer veilig als je baby 6 maanden oud is. Dat komt omdat je baby dan beweeglijker wordt en kan omrollen en zitten.
Wanneer je opnieuw zwanger raakt nadat je een baby hebt verloren, dan wordt het kind een 'regenboogbaby' genoemd. De regenboog ontstaat op de scheidingslijn tussen regenvlagen en zonneschijn en symboliseert zo perfect de plek van deze zwangerschap en dit kind.
Doodgeboorte of stilgeboorte is de geboorte van een kind dat is overleden tijdens de zwangerschap (intra-uteriene vruchtdood/ IUVD) of rond de bevalling.
In 2020 werden 735 kinderen doodgeboren na een zwangerschap van 22 weken of meer (4,4 per 1.000 levend- en doodgeborenen). In de eerste 28 dagen na de geboorte overleden 538 kinderen, ofwel 3,3 per 1.000 levendgeborenen (neonatale sterfte).
Matrasbeschermer niet nodig
We hebben geen bewijzen kunnen vinden dat deze beschermers extra meehelpen aan de veiligheid van de baby. Een matrasbeschermer die weinig of geen lucht doorlaat, is zelfs minder goed voor een baby dan een matrasje dat voor alle veiligheidstests slaagt met daarop katoenen beddengoed.
Je baby kan je beter niet op de zij en op de buik leggen, want zo is het risico op wiegendood groter. De kans bestaat dan dat je baby na enkele weken zelf op zijn buik rolt. Op een gegeven moment zal je kindje ook vanaf de rugligging zelf op zijn buikje kunnen rollen, extra waakzaamheid is dan nodig.
Laat je baby niet langer dan één uur achtereen in een Maxi-Cosi zitten. En gebruik de Maxi-Cosi niet standaard om je baby in te laten slapen. Haal tijdens een lange autorit je baby om het uur uit het stoeltje en laat hem een kwartier vrij bewegen.
In 2019 zijn van de 169.680 levendgeborenen 13 baby's overleden (ten opzichte van 12 baby's in 2018 en 10 baby's in 2017) die gecategoriseerd zijn onder wiegendood/SIDS (Sudden Infant Death Syndrome) en 31 die onder de bredere definitie SUDI (Sudden Unexpected Death in Infancy) vallen.
Kan het kind de warmte niet meer kwijt aan de omgeving? Dan stijgt de lichaamstemperatuur overmatig. Dat wordt 'warmtestuwing' genoemd. De baby moet dan onmiddellijk afgekoeld worden en te drinken krijgen.
Meestal vallen baby's de eerste 3 tot 4 dagen af, dan blijven ze een dag stabiel en vervolgens gaan ze groeien. Dit patroon is hetzelfde bij alle baby's, het maakt niet uit of hij fles- of borstvoeding krijgt. Een baby mag maximaal 10% van zijn geboortegewicht afvallen.