Wanneer de asielprocedure van start gaat, ontvangen asielzoekers ook leefgeld. Dat is voor alle bewoners even hoog: € 12,95 per week.
Een asielzoeker krijgt bij aankomst onderdak, maaltijden en zaken zoals toiletartikelen en wasmiddel. Tijdens de asielprocedure ontvangt een asielzoeker maximaal ongeveer € 60 per week voor eten, kleding en zakgeld voor andere uitgaven.
Het bedrag van dat een vluchtelingengezin krijgt verschilt per gemeente. Dit wordt namelijk door de gemeente zelf bepaald. Gemiddeld gezien krijgt een gezin met vier personen rond de 6000 euro. Vluchtelingen die in Oisterwijk worden geplaatst krijgen ver uit het meeste geld 10.000 euro.
De hoogte van het leefgeld
Het leefgeld is op 1 februari verandert. Tot 1 februari 2023 was het leefgeld (voor eten) €205 per persoon. Nu is het bedrag dat je krijgt afhankelijk van de grootte van je gezin. Hoe meer mensen in je gezin, hoe lager het bedrag per persoon.
De kosten die het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) in 2021 heeft gemaakt voor de opvang van asielzoekers bedragen ongeveer € 706 miljoen.
Geen sollicitatieplicht
Toch werkt een klein deel van de statushouders dus al tijdens de inburgering. Aan die inburgering zijn ze een paar dagen per week kwijt, er blijft dus wel wat tijd over om te werken. Ze hebben meestal geen sollicitatieplicht, omdat ze nog bezig zijn met de verplichte inburgering.
Iedere vluchteling (volwassen/kind) ontvangt € 59,92 per week per persoon: € 46,97 euro voor voeding en € 12,95 euro voor kleding en andere persoonlijke uitgaven. Vluchtelingen in de particuliere opvang ontvangen een extra toelage, tot een maximum van 4 vluchtelingen.
Mensen met een verblijfsvergunning betalen zelf de huur voor hun woning. Zij betalen, net als iedereen, de normale huurprijs.
De vergunninghouders krijgen in dit geval geen bijstandsuitkering, omdat ze technisch gezien nog vallen onder het regime van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA). Daarom hoeven zij geen huur te betalen aan de gemeente.
Als je op jezelf woont en alleenstaand bent, dan is het wenselijk dat je minimaal €40,- per week aan leefgeld krijgt. Voor elke extra persoon in het huishouden, komt er €10,- bij. Woon je samen, dan is het wenselijk dat je minimaal €50,- per week hebt.
De statushouder kent de taal nog niet voldoende, heeft vaak nog niet voldaan aan de inburgeringsplicht en beschikt nog niet over een Nederlands diploma. Daarnaast is de statushouder digitaal nog niet sterk en lukt het hen niet om een sociaal netwerk op te bouwen.
De afgelopen jaren vinden statushouders die recent een verblijfsvergunning kregen ook steeds sneller een baan. Zo had bijna 20 procent van de asielzoekers die in 2019 een verblijfsvergunning kregen, na tweeënhalf jaar een baan. Van de groep statushouders uit 2014 was dat 11 procent.
Het geld voor de opvang van asielzoekers komt uit de begroting van het ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV). Ook het ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ) betaalt een deel van de opvang.
Veel statushouders verblijven de eerste maanden nog in de asielopvang, waar zij geen uitkering ontvangen, maar leefgeld. Pas wanneer statushouders zelfstandig zijn gehuisvest in een gemeente, komen ze in aanmerking voor een bijstandsuitkering.
Mensen met een asielstatus krijgen eerst een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd (5 jaar). Deze vergunning wordt na 5 jaar meestal omgezet in een vergunning voor onbepaalde tijd.
Asielzoekers worden statushouders (of vergunninghouders) zodra ze een verblijfsvergunning krijgen. Ze gaan dan deel uitmaken van de Nederlandse samenleving. Het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) koppelt deze vergunninghouders aan gemeenten. Gemeenten moeten statushouders passende woonruimte aanbieden.
In 2021 kregen relatief veel asielzoekers een vergunning omdat het aandeel kansrijke nationaliteiten dat werd behandeld door de IND, groter was dan in voorgaande jaren. In 2020 en 2021 kampte de dienst met grote achterstanden.
Voor elk jaar dat mensen in Nederland wonen, bouwen ze AOW op, ongeacht de nationaliteit.
Een vluchteling heeft zijn of haar land gedwongen verlaten wegens vervolging, oorlog of geweld. Een migrant heeft zijn of haar land doorgaans op vrijwillige basis verlaten, en vaak in de hoop op een beter leven elders. Indien de migrant zou willen, kan hij of zij veilig terugkeren naar het land van herkomst.
Het recht op behoorlijke huisvesting is een fundamenteel mensenrecht voor iedereen. Dus zowel voor de huidige inwoners van Nederland als voor statushouders.
Statushouders ervaren soortgelijke problemen als andere sociale minima, maar zijn door hun specifieke omstandigheden financieel extra kwetsbaar. Zij hebben bijvoorbeeld nog geen of weinig kennis van de Nederlandse taal en cultuur, missen een sociaal netwerk en hebben vaak geen financiële buffer.
Krijgen vluchtelingen voorrang voor een sociale huurwoning? Er is al jaren een tekort aan sociale huurwoningen in Nederland. Daarom hebben gemeenten aparte regels voor groepen die met spoed een woning nodig hebben. Vluchtelingen die het asielzoekerscentrum moeten verlaten kunnen daar ook onder vallen.
1 vluchteling is 34 jaar en 1 vluchteling is 5 jaar. De vluchteling van 34 jaar krijgt € 56,12 kleedgeld + € 215,06 eetgeld + € 93,00 extra toelage. Dat is € 364,18 leefgeld. De vluchteling van 5 jaar krijgt € 56,12 kleedgeld + € 178,36 eetgeld + € 93,00 extra toelage.
Bijna 70% van de sinds 2014 naar Nederland gekomen statushouders zit in de bijstand, wat gaat om een groep van 150.000 en 200.000 mensen. Slechts een kwart van de statushouders met een verblijfsvergunning heeft momenteel betaald werk. Dit blijkt onderzoek van de Sociaal-Economische Raad (SER).