Kenmerkend voor alle dissociatieve stoornissen is dat de (emotionele) verbinding met een ander vaak erg wisselend is en/of soms afwezig. En dat er vaak sprake is van traumatische ervaringen, waardoor iemand zich vaak angstig, verward, boos of gevoelloos voelt.
Als naaste kun je veranderingen zien zoals een andere lichaamshouding, een andere gezichtsuitdrukking, stemming of een andere manier van praten. Iemand kan een hele periode afwezig en naar binnen gekeerd zijn.
Wat is het? Dissociatie is een toestand van verlaagd bewustzijn. Als je last hebt van dissociatie kan het voelen alsof je gedachten, gevoelens, herinneringen en lichamelijke gewaarwordingen niet van jezelf zijn (depersonalisatie). Ook kunnen de wereld en de mensen om je heen kunnen heel vreemd aanvoelen (derealisatie).
Probeer je aandacht meer naar buiten te richten. Bijvoorbeeld door even buiten een ommetje te maken en de frisse lucht te voelen. Wat veel mensen helpt is om hun voorhoofd en polsen koud te maken met water. Dit triggert de zogenaamde duikreflex waardoor je je alerter voelt en je lichaam actiever wordt.
Een dissociatieve stoornis hangt meestal samen met traumatische ervaringen. Denk bijvoorbeeld aan kindermishandeling, seksueel misbruik, of een groot verlies. Door dissociatie kan iemand nare gevoelens die naar boven komen door een traumatische ervaring wegdrukken en eraan ontsnappen.
Dissociatie kan dan een overlevingsmechanisme geweest zijn. Door dissociatie heb je aan de traumatische momenten kunnen ontsnappen. Wanneer je op traumatische momenten hebt gedissocieerd, kan het zijn dat je later in het leven (wanneer er geen gevaar meer is) nog steeds dissocieert.
Sommige mensen hebben tijdens hun eerste aanval het gevoel dood te gaan. In een mildere vorm hebben mensen het gevoel er niet helemaal bij te zijn. Vaak zeggen patiënten zich bewust te zijn van de mensen om hen heen, maar niet met hen te kunnen praten.
Kenmerkend voor de aandoening is dat de persoon problemen met de identiteit ondervindt en probeert weg te lopen (geestelijk of fysiek) voor een dreiging. Een patiënt kan op de vlucht slaan, soms naar een heel andere regio, of een andere identiteit aannemen. Vaak is een verbaasde gelaatsuitdrukking een symptoom.
Er zijn aanwijzingen dat je meerdere persoonlijkheidstoestanden (identiteiten) hebt. Minstens twee van jouw identiteiten nemen jouw gedachten, gedrag en gevoelens regelmatig over. Je hebt geen controle over of bewustzijn van de wisselingen. Je hebt 'gaten' in je geheugen (amnesie).
Een dissociatieve identiteitsstoornis kan niet worden verholpen met medicatie. Echter, omdat DIS vaak samengaat met andere aandoeningen, zoals angst of depressie, kan de arts ervoor kiezen om de symptomen van deze aandoeningen te verlichten met medicijnen.
Bij derealisatie ervaart iemand de wereld om zich heen als onwerkelijk, bijvoorbeeld alsof diegene in een droom leeft of alsof de wereld niet echt is, alsof prikkels niet binnenkomen. Mensen of voorwerpen worden bijvoorbeeld ervaren als onecht, als in een droom, wazig, levenloos of visueel vervormd.
ook lichamelijke klachten kunnen een vorm van dissociatie zijn: je bent wég van de psychische pijn en hebt dus niet meer echt contact met jezelf. Vechten: aanvallen, beschuldigen, verwijten maken of letterlijk vechten. Bevriezen: het gevoel niet te kunnen bewegen, vastzitten, blackout.
De 'dissociatie' is een angstige ervaring omdat je niet meer weet wat er gebeurt. Mensen met borderline kunnen ook paranoïde ideeën hebben en bijvoorbeeld denken dat ze worden achtervolgd. Voor iemand met borderline kan het zelfbeeld of zelfgevoel enorm veranderen.
Dissociatie is een (tijdelijke) verstoring van de integratie van bewustzijn, geheugen, identiteit, cognities of perceptie. Uit eerdere studies blijkt dat dissociatie vaak voorkomt bij mensen met psychose.
Effectieve behandeling voor dissociatieve stoornissen kan bestaan uit een combinatie van verschillende methoden. Meestal is dat psychotherapie, eventueel in combinatie met lichaamsgerichte therapie. Dat wordt bij voorkeur gegeven door iemand die veel kennis over, en ervaring met dissociatieve stoornissen heeft.
Bij dissociatie zijn bepaalde functies in de hersenen verstoord, zoals het bewustzijn, geheugen of de waarneming van de omgeving. Bij het ervaren van onder andere hevige stress of een traumatische ervaring kan dissociatie optreden als vorm van zelfbescherming. Dissociatie kan als erg vreemd en eng worden ervaren.
Symptomen die voorkomen bij personen die depersonalisatie of derealisatie ervaren, zijn: Gevoel van vervreemding, onwerkelijkheid en onechtheid (van de omgeving of zichzelf). Angst om gek te worden, uit elkaar te vallen, dat er iets mis is in de hersenen. Paniekaanvallen door angstige en negatieve gedachten.
Als je veel angst ervaart, uit zich dat in veel spanning in je lijf. Dat leidt bij sommigen ook tot het ervaren van derealisatie en depersonalisatie. Hoe meer ontspannen je bent, hoe minder angst en stress je ervaart, hoe minder klachten je ervaart.
Het komt voor bij vermoeidheid of overbelasting door slaaptekort. Ook alcohol en drugs, middelen die je lichaam en hoofd vermoeien, veroorzaken deze ervaringen.
Mensen met DIS kunnen een scala aan klachten en problemen hebben. Hun leven is vaak volledig ontregeld. Er zijn ook mensen met DIS die kunnen blijven functioneren. Hoewel ook zij leven met de zware last van vroegkinderlijk trauma, houdt het overlevingsmechanisme dat DIS heet hen nog altijd overeind.
Iemand is bijvoorbeeld extreem gevoelig voor kritiek, heeft heel erge bindingsangst of verlatingsangst, doet dingen zonder na te denken, is erg afhankelijk, perfectionistisch of verlegen. Hierdoor krijgt iemand verschillende problemen in zijn/haar leven: thuis, op school en/of op het werk.
De meest voorkomende persoonlijkheidsstoornissen in de ggz zijn de borderline-, vermijdende- en andere gespecificeerde persoonlijkheidsstoornis.