Per 1 januari 2023 worden bestaande bruto uitkeringen in de WAO/WIA, WW en ZW verhoogd met 10,15%, in lijn met de stijging van het brutominimumloon per dag. Per 1 januari 2023 wordt het maximumdagloon verhoogd van bruto € 232,90 naar bruto € 256,54.
Elk jaar voert de overheid twee keer een verhoging door van het wettelijk minimumloon (WML): op 1 januari en 1 juli. Per 1 juli 2023 gaat het minimumloon omhoog met 3,13%. Dat komt neer op een bruto-inkomen van € 1995,00. Het jaar 2023 begon met een ongekende stijging van het wettelijk minimumloon.
Per 1 januari 2023 worden de Participatiewet, IOAW en IOAZ, AOW, ANW, Wajong, WW, WIA, WAO, Ziektewet en Toeslagenwet aangepast. Dit komt doordat deze uitkeringen gekoppeld zijn aan het wettelijk minimumloon.
Belangrijke wijzigingen zijn het verhogen van de arbeidskorting, het verlagen van het tarief in de eerste schijf in de inkomstenbelasting, de verhoging van het opstaptarief van de vennootschapsbelasting en de verhoging van de vliegbelasting. Ook wordt er een aantal regelingen afgeschaft.
De bestaande bruto-uitkeringen in de WW, WIA, WAO en ZW worden per 1 januari 2023 ook met 10,15 procent verhoogd. Het maximumdagloon stijgt van bruto €232,90 naar €256,54. Tip!
Het minimumloon stijgt van 1.934,40 euro per maand naar 1.995 euro per maand. De wijziging gaat in per 1 juli.
Zo stijgen zowel het minimumloon als de uitkeringen, zoals de AOW en de bijstand, vanaf 2023 met een ongekend percentage van 10 procent. De verlaging van de brandstofaccijns wordt tot in ieder geval 1 juli 2023 verlengd en ook de energietoeslag voor lagere inkomens wordt doorgezet.
Dit jaar zijn de regels voor energietoeslag iets aangepast. Het sociaal minimum inkomen is gestegen en daarom is 120% van het sociaal minimum inkomen ook hoger. Als alleenstaande mag je in 2023 niet meer verdienen dan €1.434,79 en samenwonend niet meer dan €2.049,70 netto per maand.
Het sociaal minimum is meestal even hoog als een bijstandsuitkering. U komt dan mogelijk voor de aanvullende inkomensverzekering ouderen (AIO) in aanmerking. Er geldt dan in principe een sollicitatieplicht voor uw partner.
In 2023 gaat de AOW fors omhoog: netto krijgen we er tussen de 57 en 126 per maand bij per maand bij. Maar we leveren ook twee tientjes inkomensondersteuning in. De hoogte van de AOW per 1 januari 2023 hangt af van verschillende factoren. Zo wordt er gekeken of uw alleenstaand bent of samenwonend.
WW, WIA, WAO en ZW én maximumdagloon
Per 1 januari 2023 worden bestaande bruto uitkeringen in de WAO/WIA, WW en ZW verhoogd met 10,15%, in lijn met de stijging van het brutominimumloon per dag.
kinderbijslag; kindgebonden budget; persoonsgebonden budget (pgb) dat u ontvangt om zorg in te kopen; huurtoeslag, zorgtoeslag en kinderopvangtoeslag.
In 2023 komt het belastingvoordeel uit op 36,93%. Dat was in 2022 40%. De verlaging merk je alleen als je inkomen hoger is dan €73.031. Vanaf 2023 heeft iedereen hetzelfde belastingvoordeel: 36,93%.
Veranderingen 2023 in het kort
Iets minder inkomstenbelasting betalen, een hoger minimumloon, hogere uitkeringen, AOW en toeslagen en compensatie voor de energierekening. Dat zijn in het kort de plannen van het kabinet.
Hoeveel spaargeld mag je hebben met een uitkering? Als je een bijstandsuitkering ontvangt dan mag je maximaal €6.225 spaargeld hebben als alleenstaande en €12.450 als alleenstaande ouder of gezin.
Het minimumloon stijgt per 1 januari 2023 met 8,05%, met daarbovenop de reguliere indexatie. Werkgevers moeten daardoor in de eerste helft van 2023 aan werknemers van 21 jaar en ouder met een fulltime dienstverband minimaal € 1.934,40 betalen. In de tweede helft van 2022 bedraagt dit nog € 1.756,20 bruto per maand.
Het heffingsvrijvermogen is in 2023 € 57.000 per persoon. Dus voor u en uw fiscaal partner samen € 114.000. Grondslag sparen en beleggen: € 350.000 - € 114.000 = € 236.000. U en uw fiscaal partner geven ieder de helft van de grondslag sparen en beleggen op.
AOW alleenstaande 2022 – De AOW voor een alleenstaande wordt per 1 januari 2022 €1.316,77 bruto. Netto houdt u daar €1.244,35 aan over. Hierbij is er rekening gehouden met € 251,83 loonheffingskorting en € 72,42 Zvw premie.