Een decimeter bestaat uit 10 centimeter, Deci is het voorvoegsel waarmee 1/10 wordt aangeduid en betekent dus letterlijk '1/10 van een meter'. Het symbool voor decimeter is dm, dit is ook meteen de afkorting. . 100 millimeter,10 centimeter,0,1 meter (10 decimeter is 1 meter).
Een meter is evenveel als 10 decimeter (dm). Een decimeter is het tiende deel van een meter.
Van meter naar decimeter
Als je dus bijvoorbeeld wilt weten hoeveel decimeter 15 meter is, dan moet je dat vermenigvuldigen met 10, want 1 meter is 10 decimeter.
1 m = 10 dm = 100 cm = 1000 mm.
Een decameter (dam) is een lengte van 10 meter. De eenheid wordt feitelijk alleen nog in de meteorologie gebruikt. 1 vierkante decameter (1 dam2) is gelijk aan 1 are. Het voorvoegsel deca komt van het Oudgriekse woord δέκα (deka) dat "tien" betekent.
Als je daarna wilt berekenen hoeveel centimeter 150 decimeter is, dan moet je dat weer vermenigvuldigen met 10, want 1 decimeter is 10 centimeter.
0,001 hectometer (1.000 decimeter is 1 hectometer). 0,0001 kilometer (10.000 decimeter is 1 kilometer).
Onthoud dat 1 l (liter) gelijk is aan 1 dm 3 (kubieke decimeter) en dat 1 ml (milliliter) gelijk is aan 1 cm 3 (kubieke centimeter).
Een decimeter bestaat uit 10 centimeter, Deci is het voorvoegsel waarmee 1/10 wordt aangeduid en betekent dus letterlijk '1/10 van een meter'. Het symbool voor decimeter is dm, dit is ook meteen de afkorting. . 100 millimeter,10 centimeter,0,1 meter (10 decimeter is 1 meter).
Methode. Een schaal van 1 : 100 betekent dat 1 lengte-eenheid van het model in het echt 100x zo groot is. Dus stel het schaalmodel van het schip is 10 centimeter, dan weet je dat het schip in het echt 100 · 10 centimeter = 1.000 centimeter (oftewel 10 meter) lang is.
Zo zeg je bijvoorbeeld dat een ladder 2 meter lang is in plaats van 20 decimeter.
Dat klinkt lastiger dan het is: 1 m3 is 1000 liter, maar 1 dm3 (10 x 10 x 10 cm) is dan nog maar 1 liter. En je moet dus altijd rekenen met kubieke decimeters als je het over liters hebt. Want 1 kubieke decimeter (dm3) is dus een liter.
In het metriek stelsel ga je van kubieke meter naar kubieke decimeter één traptrede omlaag, dus vermenigvuldig je het getal met 1.000. 3 x 1.000 = 3.000. 3 m3 is dus gelijk aan 3.000 dm3. Dit is gelijk aan 3.000 liter.
1 dm2 is dus 100 cm2.
Elke stap van groot-naar-klein is keer 10 en van klein-naar-groot is delen door 10. Zo is 15 m gelijk aan 1500 cm, want 15 x 10 x 10 = 1500 (2 stappen omlaag). En zo is 12 dm gelijk aan 1,2 m, want 12 : 10 = 1,2 (1 stap omhoog). Al de lengte-eenheden op de trap zijn afgeleid van de meter.
Veel gebruikte instrumenten zijn een liniaal, een meetlint of een meetlat. De maateenheid op deze instrumenten is centimeters. De millimeters zitten tussen de centimeters; 10 millimeter is 1 centimeter.
Het voorvoegsel centi van de lengte eenheid centimeter staat voor een honderdste. Het voorvoegsel is afgeleid van het latijnse centum dat staat voor honderd. Vandaar dat er 100 centimeter in een meter gaan.
Een bunder of een hectare is een eenheid van oppervlakte van 10.000 m² (100 bij 100 meter). Eén bunder is gelieke an honderd are (een eenheid in de laandmeetkunde). Een bunder wort of-ekort as b en hectare as ha.
Een morgen is vaak iets minder dan een hectare (10.000 m²) groot. De precieze grootte is echter streekgebonden. Indien de roede 14 à 15 vierkante meter groot was, gingen er 600 roedes in een morgen. Indien men in de streek met grotere roedes van 32 à 33 vierkante meter werkte, gingen er 300 roedes in een morgen.
Een normaal (de gebruikelijke maat op (inter)nationaal niveau) voetbalveld heeft als afmeting: 100-120 meter bij 64-75 meter. Als de lengte 100 meter is dan moet de breedte 50 meter zijn. De oppervlakte is dan 5000 m2 en dat is precies een halve hectare.