Studenten in het hoger onderwijs (hbo en universiteit), die nog recht hebben op een prestatiebeurs, ontvangen vanaf studiejaar 2023-2024 weer een basisbeurs. Ook krijgen studenten die tijdens het leenstelsel geen basisbeurs ontvingen een tegemoetkoming. Het wetsvoorstel is op 6 juni door de Eerste Kamer aangenomen.
Het kabinet wil vanaf 1 september 2023 de basisbeurs opnieuw invoeren in het hoger onderwijs. De basisbeurs is een prestatiebeurs en wordt omgezet in een gift als je binnen 10 jaar je diploma behaalt. Lukt dit niet, dan moet je het totale bedrag met rente terugbetalen.
Studenten in het hbo en wo hebben recht op de basisbeurs als ze in het studiejaar 2023-2024 voor het eerst gaan studeren of als ze dan nog recht hebben op studiefinanciering in de vorm van een prestatiebeurs. Uitwonende studenten ontvangen € 274,90 per maand, thuiswonende studenten € 110,30.
Wie heeft recht op de basisbeurs 2023? Als je recht hebt op studiefinanciering, heb je ook recht op de basisbeurs. Iedereen die jonger is dan 30 jaar en in het bezit is van een Nederlands paspoort, heeft recht op studiefinanciering.
Alle studenten in het hoger onderwijs die recht hebben op een prestatiebeurs krijgen vanaf september een vast bedrag per maand. Als je thuis woont is dit bedrag 110 euro per maand, woon je op kamers dan krijg je 275 euro per maand.
Studenten zullen een basisbeurs krijgen en daarbovenop een aanvullende beurs van maximaal 401 euro, die afhankelijk wordt van het inkomen van de ouders. Het achterliggende idee is dat ouders die veel verdienen ook meer financieel kunnen bijdragen aan de studie van hun kind.
De basisbeurs en eventueel de aanvullende beurs krijgt u alleen de eerste 4 jaar. Daarna kunt u nog 3 jaar alleen lenen. Het studentenreisproduct krijgt u de volledige 7 jaar. Hebt u 48 maanden of meer studiefinanciering gehad voor hbo of universiteit?
De hoogte van de basisbeurs is ondertussen gezakt van ruim zeshonderd gulden in 1990 tot 250 euro (550 gulden) nu.
Studenten in het hoger onderwijs (hbo en universiteit), die nog recht hebben op een prestatiebeurs, ontvangen vanaf studiejaar 2023-2024 weer een basisbeurs. Ook krijgen studenten die tijdens het leenstelsel geen basisbeurs ontvingen een tegemoetkoming. Het wetsvoorstel is op 6 juni door de Eerste Kamer aangenomen.
We kijken voor 2023 naar het inkomen van uw ouders in 2021. Verdienden uw ouders samen minder dan € 35.226,- per jaar? Dan krijgt u de maximale aanvullende beurs. Als uw ouders meer verdienen, kunt u misschien toch een (gedeeltelijke) aanvullende beurs krijgen.
De basisbeurs in het hoger onderwijs gaat - als het voorstel wordt aangenomen door het parlement - in het studiejaar 2023-2024 niet alleen gelden voor nieuwe studenten, maar ook voor hen die al studeren als zij nog recht hebben op studiefinanciering.
Wat is studiefinanciering? Studiefinanciering bestaat uit verschillende onderdelen, zoals basisbeurs (alleen voor mbo), aanvullende beurs, rentedragende lening, studentenreisproduct en collegeldkrediet (alleen voor hbo en universiteit). U bepaalt zelf welke onderdelen u aanvraagt.
Uw basisbeurs, aanvullende beurs en reisproduct zijn altijd een gift. U hoeft ze niet terug te betalen. Uw basisbeurs, aanvullende beurs en reisproduct inclusief rente worden een gift als u binnen 10 jaar uw diploma behaalt.
Hoeveel je kunt lenen naast je basisbeurs hangt af van of je wel of niet een aanvullende beurs hebt. Na het vervallen van je recht op basisbeurs is het maximaal te lenen bedrag voor zowel uit- als thuiswonenden €916,96.
Hoeveel studiefinanciering krijg je? De basisbeurs is het bekendst: dit basisbedrag voor thuiswonende mbo-studenten is in 2023 €90,85 per maand. Je krijgt meer studiefinanciering als je niet meer thuis woont. De basisbeurs voor uitwonende mbo-studenten is €296,51 per maand.
De tegemoetkoming is € 29,92 per maand. Je krijgt deze alleen voor de officiële duur van je studie. Voor een 4-jarige opleiding onder het leenstelsel krijg je dus maximaal € 1.436,-. Voor een langere opleiding kun je meer krijgen.
De basisbeurs is een vergoeding voor uitwonende studenten in het hoger onderwijs en in het mbo in Nederland. Het is een vorm van studiefinanciering. De basisbeurs werd in 1986 ingevoerd. Voorheen kregen ouders van studerende kinderen een opslag op de kinderbijslag.
Wie heeft recht op studiefinanciering? Iedereen jonger dan 30 heeft recht op studiefinanciering. Je moet voor je dertigste begonnen zijn aan een opleiding. Word je ouder dan dertig terwijl je al met je studie begonnen bent, dan maakt dat niet uit.
Is het inkomen van de ouders minder dan €70.000 (volgens de belastingaangifte) dan kan de student in aanmerking komen voor de aanvullende beurs. Hoe hoog die beurs is, heeft te maken met het inkomen van de ouders en is maximaal zo'n €440,- per maand. De aanvullende beurs is een gift als je binnen tien jaar afstudeert.
Alle studenten in het hoger onderwijs (hbo en universiteit), die nog recht hebben op een prestatiebeurs, ontvangen vanaf studiejaar 2023-2024 weer een basisbeurs. Ook krijgen studenten die tijdens het leenstelsel geen basisbeurs ontvingen een tegemoetkoming.
De kosten voor ouders
Van alle ouders draagt 68 procent bij aan de kosten van studeren. Uitwonende studenten krijgen gemiddeld € 339 per maand van hun ouders en thuiswonende studenten € 109 per maand (bron: Nibud Studentenonderzoek 2021).
De aanvullende toelage voor het voortgezet onderwijs is automatisch een gift. U hoeft de toelage niet terug te betalen. Hetzelfde geldt voor de aanvullende beurs voor mbo niveau 1 of 2. De aanvullende beurs voor mbo niveau 3 of 4, hbo of universiteit wordt een gift als u binnen 10 jaar uw diploma haalt.
De groep studenten die tussen 2015 en 2022 geen basisbeurs heeft ontvangen is door de media omgedoopt tot 'pechgeneratie'. Een doop waaraan, in de ogen van Den Haag, weinig rein of heilig is.